‘We willen allemaal erkend of bemind worden’ (Anne Teresa De Keersmaeker)

© Mirjam Devriendt

Interviews geeft ze zelden en ze vindt zichzelf een slechte danseres. Maar ze weet maar al te goed wat ze doet. En dat doet ze goed: ze krijgt er nu de Cultuurprijs van de Vlaamse Gemeenschap voor.

Het is niet de eerste prijs die Anne Teresa De Keersmaeker wint. Ze is al barones. Ereburger in Wemmel, Wenen en straks ook Lissabon. In Frankrijk werd ze in 2008 tot Commandeur dans l’Ordre des Arts et des Lettres geslagen. En in Amerika kreeg ze vorig jaar de prestigieuze American Dance Award.

Doet zo’n prijs van de Vlaamse Gemeenschap u dan nog iets?

ANNE TERESA DE KEERSMAEKER: Natuurlijk wel. Het is een erkenning van je werk. Ik wil daar absoluut niet vals bescheiden over doen. We willen allemaal erkend of bemind worden. Om het met Rainer Werner Fassbinder te zeggen: Ich will doch nur das ihr mich liebt. Hoewel: ik heb het nooit voor de roem gedaan. Of voor het geld.

Voor het applaus dan?

DE KEERSMAEKER: Ook niet. Maar de relatie met het publiek is wel essentieel: natuurlijk wil ik het publiek betrekken bij wat ik doe, met hen ervaringen delen. Voor wie doe je het anders? Anders ging ik wel dansen in mijn woonkamer, dan was het louter therapeutisch geweest.

Vreest u niet dat u door die prijs definitief deel uitmaakt van het establishment?

DE KEERSMAEKER: Ik vind het niet relevant om een opdeling te maken tussen establishment- en niet-establishmentkunst. Zolang een kunstenaar maar vanuit een verwondering zoekt naar hoe hij vorm kan geven aan zijn relatie met de wereld. En vooral pertinente vragen blijft stellen over wie we zijn. Bach en Shakespeare behoorden ook tot het establishment, maar wat zij schreven was wel zeer goed en overschreed de tijd.

Maar maakt zo’n prijs het niet moeilijk om kritiek te geven op de Vlaamse regering? In de sector is er algemene ontevredenheid over het beleid van minister van Cultuur Joke Schauvliege. Maar we hoorden u daar nog niet over.

DE KEERSMAEKER: Ik wil daar niet veel over zeggen. Behalve dat ik de indruk heb dat er te veel werk op haar tafel ligt.

U werkt en woont al een heel leven in de moeilijke stad Brussel. Een oude vraag: kan kunst de wereld kan redden? Of op zijn minst een stad?

DE KEERSMAEKER: Nee. Wat kunst kan doen, is de juiste vragen stellen. Ik ben nooit in de danswereld gestapt om aan politiek te doen. Toen ik in de jaren tachtig debuteerde, was de toestand in Brussel helemaal niet zo extreem. Maar toch kan ik me nog altijd niet voorstellen om elders te wonen. Integendeel. Hoe meer ik de wereld rondreis, hoe meer ik me verankerd voel in deze stad. Niet alleen omdat ik en mijn kinderen hier opgroeiden. Maar ook omdat het een gewonde stad is, een stad die schandalig slecht bestuurd wordt. Brussel is ook de stad naar het beeld van dit land: betwixt and between. Het is alles tegelijk: arm en rijk, lelijk en bevallig, onveilig en ontvankelijk. Niemand kan ook een politieke kleur plakken op deze stad. Daarom is het zo ongelofelijk intens om hier te werken. (Stijn Tormans)

Het volledige interview met Anne Teresa De Keersmaeker leest u volgende week in Knack.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content