Els Van Steenberghe

Theater: festival The game is up!, Kunstencentrum Vooruit

Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Als u uzelf nu eens tot onderwerp van een voorstelling maakt? Tijdens ‘The game is up!’ speelt u de hoofdrol. Willen of niet…

Wat kregen we het op onze heupen tijdens de ‘fluisterperformance voor twee’ The Quiet Volume. Een uurlang gefluister in de oren! Dat zorgde niet alleen voor intimiteit maar evengoed voor frustratie. Die ‘voorstelling’ van de Britse ‘autotheatermaker’ Ant Hampton speelt in Gent naar aanleiding van het multimediale podiumkunstenfestival The game is up!, georganiseerd door Kunstencentrum Vooruit.

Het festival is een van de laatste wapenfeiten van podiumprogrammator Tom Bonte. Vanaf mei 2011 gaat hij aan de slag in de Brusselse Beursschouwburg waar hij vanaf 2012 de artistieke en algemene leiding zal overnemen van de huidige artistiek directeur Cis Bierinckx. Bonte is er de man niet naar om de klassieke, geijkte theaterpaden te bewandelen. In zijn programmering biedt hij zijn publiek graag ‘avonturen’ aan. Dit doet hij binnen een reguliere avondprogrammering. Maar Bontes hart gaat net iets sneller slaan wanneer hij voor zijn publiek daadwerkelijk een avontuurlijk kunstenparcours kan uitstippelen. Binnen het kader van een festival, bijvoorbeeld.

The game is up! is reeds aan zijn vierde editie toe. Elke editie focust op een specifiek, actueel thema binnen de (podium)kunsten. Zo werden de spotlights al op thema’s als multimedialiteit, ecologie en politiek gericht. Tijdens deze editie richt men de spots op u. Bonte verwoordt het zo:

In deze vierde editie van ’the game is up!’, een podiumfestival dat de regels wil doorbreken, richten de artiesten dus hun pijlen op jou: wie ben jij? Wat is een toeschouwer? Wie of wat is het publiek? Van 15 tot en met 26 maart schotelen ze je een heleboel projecten voor die je niet koud noch passief laten, die je engageren en provoceren, die je doen voelen wat vergeten was. Het artistieke spel als een plek waar mensen kunnen samenkomen, op zoek naar nieuwe mogelijkheden.

Dat klinkt veelbelovend. Dus trokken we onze stoute schoenen aan en gingen – voor u, beste lezer – op verkenning door die theatrale schemerzone waarin Bonte zich zo graag begeeft en zijn publiek zo graag in introduceert.

Shht! Hier wordt gefluisterd!

Onze eerste halte was de Boekentoren van de Universiteit Gent. Die toren maakt deel uit van de universitaire bibliotheek, het majestueuze gebouw van Henry Van de Velde op de Blandijnberg. We sleten er menig uur in de ‘stille’ leeszaal om theaterwetenschappelijke bronwerken te doorgronden en tussendoor – toegegeven – onze soortgenoten te bespieden.

Daar vestigt de Britse performancekunstenaar Ant Hampton de aandacht op tijdens The Quiet Volume ( * * oe ). Samen met een, al dan niet bekende, kompaan wordt u naar de leeszaal geleid. Daar neemt u plaats aan een tafel waarop een stapel boeken ligt. U luistert naar de (Engelstalige) stem in de koptelefoon. De ‘voorstelling’ ontpopt zich als een uiterst intieme ervaring die u op de poëtiek van een leeszaal vol lezende, studerende, schrijvende en elkaar beloerende mensen wijst. Eventjes kijkt u vanuit een meer geprivilegieerde positie neer op al die weerloze mensjes die ook maar doen wat ze denken te moeten doen in een leeszaal. De stem wijst op de nietigheid en de aandoenlijke willekeur waarmee mensen zich trachten aan hun omgeving aan te passen.

Gaandeweg begint de stem ook opdrachten te geven. Zo bent u niet langer toeschouwer van de omgeving maar neemt u ook als performer deel aan het gebeuren. U bladert – de richtlijnen van de stem volgend – in boeken en zoekt naar woorden (‘hole‘ of ‘snow‘) en zinnen. Hier haakten we af. Het gefluister werd irritant, vooral omdat er zich een andere, minder duidelijk sprekende, stem in onze oren had genesteld. Bovendien werden niet alle opdrachten even duidelijk geformuleerd en zagen we er nauwelijks de noodzaak of bedoeling van in, behalve deelnemen aan het ‘leeszaalgebeuren’. Hampton laat hier kansen liggen om de poëtische inventiviteit waarmee hij de performance start verder (en vooral meer spitsvondig) uit te werken.

Ook onze kompaan raakte zichtbaar geïrriteerd. Hamptons autotheater is theater waarin je als toeschouwer ook performer bent. Daar hangt een risico aan vast. U bent onderhevig aan de richtlijnen van Hampton. Wanneer u die richtlijnen niet kan of wil volgen, rest alleen een verloren gevoel. Dat is jammer.

Hamptons performances The Bench en Etiquette zijn eveneens te beleven tijdens het festival. Ook dit zijn performances waarin de toeschouwer middels een stem ‘geïnstrueerd’ wordt. Met het nodige fijne gezelschap en de nodige overgave kunnen beide performances uitgroeien tot bijzonder intieme ervaringen die minder frustrerend en ontwrichtend zijn dan The Quiet Volume’. Maar de drie performances delen wél Hamptons gave om de toeschouwer te isoleren in een intieme cocon van waaruit hij de wereld observeert en intenser beleeft. Dat maakte ook The Quiet Volume alsnog waardevol.

All the single ladies

Ontgoocheld in die wat teleurstellende fluisterperformance beenden we naar de Minardschouwburg. Daar ging de Gentse (en intussen internationaal vermaarde) performancegroep Ontroerend Goed in première met Audience ( * * * oe ). De groep wordt artistiek geleid door Alexander Devriendt. Devriendt is ook de regisseur van Audience. Het is een creatie waar, hoe raadt u het, het publiek centraal staat.

Ontroerend Goed leerden we jaren geleden kennen, zittend in een rolstoel. Neen, er was niets mis met onze gezondheid maar voor hun The Smile off your Face (2004) werd elke toeschouwer in een rolstoel gezet, geblinddoekt en langs enkele bijzondere ‘haltes’ gereden. Na die behoorlijk onthutsende maar aangrijpende belevenis kregen we nog een blind date in Intern (2007) en bekeken we onszelf in de spiegels van A game of you (2010). Ondertussen pootte Devriendt zich ook op de internationale kaart, onder meer dankzij het megasucces dat zijn Pubers bestaan niet (2008, in samenwerking met de Kopergietery) was. Vorig jaar maakte hij een nieuwe voorstelling over de rauwe kant van ‘het puber zijn’ met Teenage Riot. Daarin verkent hij de mogelijkheden van het live filmen op de scène.

Die mogelijkheden exploreert hij verder in Audience. De voorstelling ontpopt zich tot een vernuftig gecomponeerd spel over en met de toeschouwer. Devriendt flirt met de grenzen van het toelaatbare en deinst er niet voor terug om het publiek uit te dagen, aan te zetten tot feesten (‘all the singles ladies, put your hands in the air!‘) en zelfs vijandigheid te ontlokken. Maar net wanneer de boel dreigt uit de hand te lopen, schroeft hij terug. We beseffen dat we vrij vraag blijven in onze beschrijving van de creatie. Maar we willen u, als (mogelijke) toekomstige toeschouwer, het plezier van de verrassing niet ontnemen. Want de voorstelling is precies een marathon van theatrale verrassingen.

De productie groeide uit Devriendts fascinatie voor maar evengoed zijn geraaktheid door de weerloosheid, de overgave en het verlangen-naar-magie van het publiek. Hij houdt van het publiek dat hij in Audience plaagt en uitdaagt. De voorstelling start en eindigt met sterke en aangrijpende – deels live gemaakte – beelden die het publiek ontwapenend portretteren. Eerst als een groep van individuen, vervolgens als een groep gestuurd en opgezweept door individuen. Op die manier maakt Devriendt ons bewust van de kracht van het individu die een groep kan manipuleren om te applaudisseren of, extremer, een dictator te doen vallen.

De voorstelling respecteert de individuele eigenheid en anonimiteit van de toeschouwer maar daagt deze ook uit. Al monterend met muziek en filmbeelden, goochelend met groepsmanipulatie en stoeiend met live projectie en andere technische snufjes wordt de voorstelling een fragiel maar subtiel gestructureerde performance die de kracht van (een individu in) een groep meet, uitdaagt, laakt en looft.

Tussen toeschouwer en performer

Dat publiek inspireert ook de Amerikaanse Daniel Linehan tot het creëren van zijn Zombie Aporia ( * * * ). In deze bevreemdende performance vertrekt hij vanuit de bewegingen van toeschouwers die een rockconcert bijwonen. De voorstelling bestaat uit verschillende ‘nummers’ waarin niet zozeer de esthetiek van de dans maar de causale relatie tussen muziek, beweging en klank geanalyseerd wordt. Het levert soms grappige, soms bevreemdende en intrigerende scènes op. Dit door het subtiel spelen met de stem, de lichamen, de zaal en bepaalde (kostuum)attributen.

De creatie eindigde dromerig. We verlieten de zaal zoals we een rockconcert verlaten. Verzadigd, verdoofd en met de gedachten nog deels in die andere wereld.

A game of you speelt nog tot en met 26 maart 2011 op een aanstekelijke manier met de toeschouwer. U ontdekt er dat u tot soms frustrerend maar bovenal verfrissend, ontwapenend en inventief theater leidt. Theater dat, in de beste traditie, inzicht verschaft in uzelf, de wereld en de grenzeloosheid van de heerlijke diverse kunst die theater is.

Els Van Steenberghe

Meer info: www.vooruit.be, www.anthampton.com, www.caravanproduction, en www.ontroerendgoed.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content