Lucrima: schoon stronttoneel

© kurt van der elst

Compagnie Cecilia vat in Lacrima de ziel van de sociale woonwijk in een ruwe, succulente brok danstheater.

Lacrima

Compagnie Cecilia Reist vanaf eind augustus door Vlaanderen

***

‘Hoedat ’t kwam dat ah zo geworden was? Dat ze het zelve niet wist. (…) Van dat stom werk dat ze alsan moest doen, van die strontsituaties waarin dat ze alsan terechtkwam. “Nooit van niemand niet geleerd hoedat ’t anders kost in ’t leven, ventje.”‘

Niet de sappige taal waarin Arne Sierens het lamentabele bestaan van een gezin schetst, verrast in Lacrima. Wél verrassend is degene die de woorden uitspreekt: acteur Jan Hammenecker (Katrien Deschryvers doodgeschoten echtgenoot in Het goddelijke monster) debuteert straf als ‘Sierensacteur’. De regisseur maakt het hem nochtans niet gemakkelijk.

De tekst – een lamento in bonte taal over het (stront)leven in ‘het reservaat’, een sociale woonwijk – eist onberispelijke dictie én virtuoos stoeien met het vertelritme. Hammenecker doet het. Al huppelend, krimpend, fezelend en tierend vertelt hij het levensverhaal van een jongen uit dat reservaat. Intussen kronkelt Sayaka Kaiwa (gecoacht door choreograaf Ted Stoffer) om hem heen. Ze daagt Hammenecker uit tot een pas de deux en voegt al dansend mededogen, humor en kritiek toe aan dat wrange levensverhaal.

Om het helemaal spannend te maken poot Sierens het duo neer in een decor waar u en ik de benen zouden breken. Scenograaf Guido Vrolix ontwierp een ‘betonnen akker’, al kun je er evengoed een abstracte weergave van tramrails of een skyline in zien. Vier uit de kluiten gewassen tl-lampen baden die scène in een groezelig licht. Het straalt de eindeloze grauwheid en hardheid uit van het leven in de sociale woonwijk. Gelukkig biedt de kleurige spreektaal een tegenwicht tegen die grauwheid. En Jean-Yves Evrards jazzy klanken – jammer genoeg niet live gespeeld – zorgen voor sfeervolle zachtheid.

In het woord ‘lacrima’ – Italiaans voor ’traan’ – ligt de wanhoopskreet vervat. Sierens schreef en regisseerde een aangrijpende, kien gecomponeerde wanhoopskreet uit de ‘sociale blokkendozen’. Het levert een succulente, pamflettistische danstheaterversie van Munchs De schreeuw op.

Els Van Steenberghe

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content