Guido Lauwaert

Brief uit München – deel 1

Guido Lauwaert Opiniemaker

Guido Lauwaert spioneert in München en brengt – uiteraard – dagelijks verslag uit.

Voor de tweede maal in korte tijd ben ik in München. In deze stad heeft Adolf Hitler na een putsch gevangen gezeten. De latere dictator beschouwde München als het centrum van de Weimarrepubliek. Op 8 november 1923 zouden Beierse regeringsleden spreken in de Bürgerbräukeller, een bierhal. De coup mislukte door kunst- en vliegwerk. Een proces volgde. Hitler kreeg 5 jaar gevangenis aan zijn Lederzeug, maar moest slechts dertien maanden brommen. De directeur had een gunstig rapport opgesteld. De essentie: ‘Hij is nu helemaal veranderd. Die man betekent geen gevaar meer voor de maatschappij.’ München is ook de stad waar de SD opgericht werd door Reinhard Heydrich. Na een sollicitatiegesprek met Heinrich Himmler werd hij op 30 april 1931 aangesteld om de veiligheidsdienst van de partij vorm en structuur te geven, de onbekendste en ook de ergste van alle nazi-instellingen, inclusief de Gestapo. Hij zal in München komen wonen. Heydrich lijdt aan grootheidswaan. Nadat hij heeft vernomen dat het hoofd van de Engelse Secret Intelligence Serivice zich M laat noemen [ja, net als in James Bond] laat hij zich bescheiden H noemen.

Entschuldigung

Van enig nazi-verleden vandaag de dag geen spoor meer. Geen arm stijf de hoogte in, maar toch nog een militair trekje, vakkundig weggeretoucheerd. Ze kijken je aan van op een toren en zijn altijd bezig de straat af te dalen, zelfs al is het menselijk wezen waarmee ze in gesprek zijn een paar voet groter dan zij. Goed gekleed, en gecultiveerd. Entschuldigung is het meest gebruikte woord. Als excuus, afwijzing, uitvlucht. Ze helpen je wel, maar volgens het boekje. Geen gram te weinig of te veel. Een heel andere mentaliteit heerst in München dan in Berlijn, waar het veel gemütlicher aan toe gaat. Ondanks de strakke burgerlijkheid bloeit in München het theater. Avond na avond zitten de theaters vol. Uit heel Duitsland komen critici naar premières. Volgorde van belangrijkheid, als het om theater gaat: München, Hamburg, Berlijn. Daarom ben ik hier. Als spion. Wat is het geheim van het succes van de Münchner Kammerspiele. Het kan niet enkel door het gigantisch budget zijn, of door Johan Simons, die na een vijfjarig verblijf in Gent, sinds begin dit seizoen Intendant is. Ik zal hopelijk nooit achter het geheim komen, want dan heb ik geen reden meer om hier te zijn. En ondanks mijn totaal andere ingesteldheid kom ik hier graag. Zou er misschien toch een burgermannetje in mij schuil gaan? Een vraag die geen antwoord vraagt. Elke goede gelegenheid zal ik aanpakken om in München neer te strijken. Die goede gelegenheid nu de winter op zijn eind loopt, dag winterkrokussen, valt uiteen in twee theatervoorstellingen.

Spionageopdracht 1

Morgenavond gaat Ludwig II in première. Regisseur is ‘der belgische Regisseur Ivo van Hove. Mit LUDWIG II. nach Viscinti beginnt Seine Zusammenarbeit als Regisseur mit den Münchner Kammerspielen.‘ De film van Visconti was een ode aan de passie voor schoonheid. Visconti weet op indringende wijze de korte regeerperiode van de Beierse koning vast te leggen. Zonder aanleg of interesse voor politiek gebruikt hij staatsgeld voor het stimuleren en protegeren van kunst en kunstenaars zoals Richard Wagner. Na de confrontatie met zijn homoseksualiteit trekt hij zich meer en meer terug in zijn droomkastelen. Visconti maakte de film met een ingetogen en zeker niet kritiekloze compassie. Een pracht van een cast. Helmut Berger als Ludwig II, Romy Schneider als keizerin Elisabeth ‘Sissi’ van Oostenrijk, en Trevor Howard als Wagner. Wat ik mij van de film herinner is niet enkel het strakke script, maar de droomkastelen. Ze zijn geen koningshuizen maar theaterpaleizen. Ludwig II voelde zich een acteur die steeds dieper wegzinkt in zijn rol. Verdrinking bij nacht en tijdens een fikse regenbui is een mooie dood. Water is dominant in de film. Nieuwsgierig of Van Hove er ook zo over denkt en of het regent bij de buitenscènes.

Spionageopdracht 2

Van de gelegenheid maak ik gebruik om vanavond naar Winterreise te gaan, de tweede productie van Johan Simons als intendant van de Münchner Kammerspiele. De eerste was Hotel Savoy, naar de roman van Joseph Roth. Het was een locatieproject, opgezet in de Spielhalle van het theater. Hotel Savoy werd goed ontvangen, Winterreise neergebliksemd door de critici. Het verbaast mij niet. Simons is een typisch locatieregisseur. Hij moet de ruwe cultuur in, de boerderij van de natuur. Toch denk ik dat Winterreise geen mislukking is. De toneelauteur is Elfriede Jelinek. Simons kent haar goed en ze liggen elkaar wel. Hij vroeg haar om vertrekkende van de liederencyclus van Franz Schubert een voorstelling te maken.

Toen Schubert voor de eerste maal zijn Winterreise – 24 liederen naar gedichten van Wilhelm Müller – voor zijn vrienden uitvoerde, waarschuwde hij hen: ‘Ik zal jullie een cyclus huiveringwekkende liederen voorzingen. Ik ben benieuwd wat jullie ervan vinden. Ze hebben mij meer aangegrepen dan de liederen die ik voordien geschreven heb.’ Het waren niet alleen zijn opera’s en symfonieën die niet in het openbaar werden uitgevoerd tijdens zijn leven. Ook de liederencyclus Die Winterreise, waarop de faam als één van ’s werelds grootste componisten is gebaseerd, is pas na zijn dood bekend geworden. Gevraagd naar haar meest geliefde lied antwoordt Elfriede Jelinek: Der Leiermann. Zelfs wandelt ze niet graag meer, omdat ze niet graag meer haar huis verlaat. Ze heeft zichzelf opgesloten. Daarom moet ze wandelen in haar literair werk. In Winterreise is het een wandeling van nu naar toen, van het heden naar het verleden, aan de hand van de liederencyclus. Via feiten uit haar kindertijd is de voorstelling een zelfonderzoek geworden, zonder psychoanalytisch te zijn. Het ziet er dus naar uit dat het een zeer biografisch toneelstuk is geworden met zwartgallige trekjes, zonder dat zij haar diepste geheimen prijsgeeft.

De muzikale leiding is in handen van Christoph Homberger. NTGent was hij voor de openingsproductie van dit seizoen, Aida, dirigent en koorleider. Twee bekende acteurs uit onze contreien maken deel uit van de cast: Kristof van Boven en Benny Claessens. Het is verheugend te mogen vaststellen dat er ook een mondialisering van het theaterleven is. Ook Johan Simons is die mening toegedaan. Niet toevallig is zijn visie hieromtrent samengevat in de slagzin van zijn eerste seizoen: Mitten in der Stadt, Mitten in Europa.

Guido Lauwaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content