“Nog nooit op zo’n mooie locatie tentoongesteld”

© Erwin Maes

De kleurrijke werken van Bram Bogart vormen een prachtige harmonie met de eeuwenoude muurschilderingen van de Begijnhofkerk van Sint-Truiden.

“Ik heb in mijn hele leven nog nooit op zo’n mooie locatie tentoongesteld”, steekt Bram Bogart enthousiast van wal. Nochtans heeft de van oorsprong Nederlandse, 89-jarige kunstenaar al over de hele wereld geëxposeerd. Van Brussel over Parijs tot New York. Grappig toeval is dat die tentoonstellingslocatie op amper twee kilometer van het huis waar hij en zijn vrouw Leni al meer dan twintig jaar wonen, ligt.

En het moet gezegd: de wisselwerking tussen de kleurrijke, abstracte schilderijen en de sobere, eeuwenoude muurschilderingen in de Begijnhofkerk van Sint-Truiden werkt wonderwel. Bram Bogart zelf is er amper weg te slaan. “Ik zit hier bijzonder graag tussen mijn schilderijen”. Dat genot straalt dan ook overduidelijk af van zijn gezicht.

“Eigenlijk moeten we bekennen dat we het kerkje nooit eerder bezochten”, vertellen Bram Bogart en zijn vrouw. Omgekeerd kennen heel wat Truienaren het werk van één van hun ongetwijfeld meest beroemde inwoners amper. Met de expo wil de stad daar verandering in brengen.

Indrukwekkend geheel

Thema van de tentoonstelling is Kortenbos, de deelgemeente van Sint-Truiden waar Bram Bogart en Leni wonen. Bij het binnenkomen in de abdij in het stadscentrum word je dan ook meteen geconfronteerd met het werk ‘Kortenbos’. Een video en enkele oudere werken verschaffen er inzicht in de artistieke evolutie van Bogart.

In de Begijnhofkerk zelf zijn zeven monumentale werken uit de laatste periode van zijn oeuvre, zoals ‘St-Truiden’ (2001) en ‘Natuur’ (1999), samengebracht. De aanwezigheid van de 38 muur- en pijlerschilderingen bezorgde de laatromaanse, vroeggotische kerk zelfs een plaatsje op de werelderfgoedlijst. Dat indrukwekkende geheel vormt dus een prachtig kader voor de kleurrijke werken van Bogart. Bijkomend voordeel is dat de werken vrij in de ruimte staan, waardoor je er rond kan lopen.

Prettig land

Hoewel hij intussen 89 is, schildert Bram Bogart nog vrijwel dagelijks. Soms zelfs van ’s morgens vroeg tot diep in de nacht. “Het zit in mijn karakter om altijd bezig te zijn”, zegt Bogart daarover. Net zoals het volgens de kunstenaar in zijn karakter zit om zo’n sterke materialiteit in zijn schilderkunst te integreren.

Oorspronkelijk begon Bram Bogart op zijn 14e als schilder van reclamedoeken voor een bioscoop in het Nederlandse Delft. Via Parijs, waar hij Frans leerde met een grammofoonplaat, belandde hij op initiatief van kunstcriticus Jean Dupreau in Brussel. “Ik heb nooit van Parijs gehouden, maar België vond ik meteen een prettig land”, stelt Bogart. In 1969 heeft hij dan ook officieel zijn nationaliteit aangepast.

Van Brussel ging het naar Ohain. En van Ohain, via een korte tussenstop in Brussel, naar Sint-Truiden. Samen met die locaties veranderde ook zijn schilderkunst. “Vooral de stap van Parijs naar Brussel laat zich goed merken in mijn kunst. In de Belgische hoofdstad werd mijn kunst veel kleurrijker”, legt Bogart uit. “In Ohain werden mijn werken dan weer groter en vlakker. En ook nu in Sint-Truiden zijn ze vaak erg groot en kleurrijk. De invloed van de omliggende ruimte en de prachtige bloesems”, besluit Bogart.

Elien Haentjens

Kortenbos – Bram Bogart, tot 7 november in Sint-Truiden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content