Jazz Middelheim – dag 2: De kerk van Coltrane

© Bruno Bollaert

Bijzonder veel volk op de Coltrane-dag van Jazz Middelheim. Voor en achter het podium keek iedereen met open mond naar één man van 78: Archie Shepp.

JASON MORAN / MARY HALVORSON / RON MILES: Modernisme en traditie (***)

Jazz Middelheim - dag 2: De kerk van Coltrane
© Bruno Bollaert

Een pianist gekleed in urban chic, een trompettist in stijlvol pak en een gitariste als hippe bohémien. Drie werelden, maar wel één groep.

Na Tigran Hamasyan en Vijay Iyer is het Jason Moran die dit jaar de eretitel van ‘artist in residence’ kreeg. De man heeft alvast genoeg projecten waaruit hij kan kiezen, en over zijn polyvalente kwaliteiten is er al helemaal geen discussie. Voor het eerste concert bracht hij gitariste Mary Halvorson en trompettist Ron Miles mee, twee muzikanten die net als hij graag bakens verzetten maar nadrukkelijk vertrekken vanuit de traditie. En dat was precies wat we op Jazz Middelheim te horen kregen.

Moran begon met een solokreet, hoofdzakelijk spelend met de linkerhelft van de achtentachtig toetsen die hij ter beschikking had. Stilaan voegden Halvorson en Ron Miles zich bij hem. Een wat vreemd trio in een jazzcontext, zo leek het even, maar dat is buiten de gezamenlijk zin voor avontuur van deze drie gerekend. Samen trokken ze op pad, onderweg pratend en vooral improviserend over de geschiedenis van de jazz. Nu eens zachtjes keuvelend, soms elkaar bits aanporrend. Ragfijne melodielijnen stonden daarbij soms in scherp contrast met pure noise.

Moran probeerde het hele gamma van de piano uit, inclusief ‘prepared piano’. Halvorsons vingers schoven continu heen en weer over de snaren, al dan niet met de nodige reverb-effecten. Ondanks zijn zwaar beladen familienaam, zeker als trompettist, hield Miles het hoofd koel in de stijl van Tom Harrell en Kenny Wheeler. Ze hadden het over Paul Motian en Andrew Hill, voegden er een hoofdstukje Instant Composers Pool aan toe, en belandden uiteindelijk in New Orleans. Een avontuurlijke trip.

(Georges Tonla Briquet)

SETLIST: Fiasco (Paul Motian); No doubt (Andrew Hill); Round II (Mary Halvorson); Study n° 6 (Conlon Nancarrow); Ron Miles Rag (Ron Miles); Reanimation (Jason Moran); Ron Miles Rag (Ron Miles).

ARCHIE SHEPP ATTICA BLUES BAND FEAT. CECILE MCLORIN: Een pijnlijk tijdloze klassieker (***1/2)

Jazz Middelheim - dag 2: De kerk van Coltrane
© Bruno Bollaert

Met een heel orkest achter zich, en de zangeressen Cécile McLorin Salvant en Marion Rampal als extra troef, bewees Archie Shepp dat ‘Attica Blues’, zijn pamflet tegen het onrecht tegenover Afro-Amerikanen in de VS, vier decennia later nog altijd actueel klinkt. Muzikaal en – helaas – ook inhoudelijk.

De gesproken intro liet er geen twijfel over bestaan: Archie Shepp stond op scherp. Met zijn rauwe stem vertelde hij op zachte toon het achtergrondverhaal van ‘Attica Blues’ en maakte hij duidelijk dat er een verschil is tussen opstand en rebellie. De tent zat er muisstil bij. Tot iedereen op het podium verscheen.

Van bij het eerste nummer zagen en hoorden we een herboren Archie Shepp en niet de oude man die hier een aantal jaren geleden stond. Ook al hield hij zijn saxofooninterventies kort, het waren uitroeptekens die telkens het aangesneden onderwerp accentueerden.

Vooral verrassend was hoe sterk hij er weer stond als zanger. Dit was niet de gebroken crooner van voorheen, maar een echte blues shouter die nog altijd vecht voor zijn rechten. Met de vocale hoogstandjes van Marion Rampal en Cécile McLorin Salvant (zaterdag nog tweemaal te gast) leverde dat vuurwerk op. Als er een duo is dat de magie van Lester Young en Billie Holiday kan oproepen, dan wel Shepp en McLorin Salvant, bleek overduidelijk met ‘Déjà Vu’.

De muzikale omkadering veranderde constant, zoals de decors in een musical. Van blues tot soul en van epische filmmuziek tot gospel. Voor het bisnummer haalde de hele bende alles uit de kast voor een funkparty. Meteen een geschiedenisles over de origine van r&b. Archie Shepp bewees dat “genius + soul = jazz” niet alleen op Ray Charles toepasselijk is.

(Georges Tonla Briquet)

SETLIST: Quiet dawn; Blues for brother G. Jackson; The cry of my people; Steam; Come Sunday; Mama too tight; Déjà vu; Goodbye sweet pops; Ujamaa; Attica blues; Mama too tight.

JEROEN VAN HERZEELE: Kracht en perspectief (***)

Op een dag dat John Coltrane centraal stond, mocht Jeroen Van Herzeele niet ontbreken. Toch verviel hij niet in een beaat eerbetoon aan zijn grote voorbeeld: hij illustreerde vooral waar de muziek van zijn grote inspiratiebron hem ondertussen naartoe geleid heeft.

In duo met drummer Giovanni Barcella gooide hij meteen een bom de tent in. Een big bang van saxofoon, drums en decibels. Alsof beiden onder hoogspanning stonden. Jazz voor headbangers met een ritmestoornis, want egaal was het niet. Maar de twee beeldenstormers lieten zich ook van hun meer ingetogen kant horen – eventjes toch. Een pas de deux op het scherp van de snee.

Met bassist Alfred Vilayleck en drummer Louis Favre vormt Van Herzeele het Gratitude Trio. Recent verscheen de nieuwe cd ‘Alive’. Live opgenomen, al klinkt het veeleer als de tweede plaatkant van ‘A Love Supreme’. Een zoektocht naar eenheid en zuiverheid met momenten van frustratie. In Middelheim hoorden we het trefzekere vervolg. Dit had best langer mogen duren (en dat geldt voor de meeste concerten in de Club-tent).

Als Jeroen Van Herzeele een New Yorker was geweest, dan stond hij al lang aan de wereldtop.

(Georges Tonla Briquet)

JOE LOVANO & CHRIS POTTER – SAX SUPREME (***): De nacht van de natte hemden

Jazz Middelheim - dag 2: De kerk van Coltrane
© Bruno Bollaert

50 jaar is het geleden dat tenorist John Coltrane zijn ode een hogere spirituele kracht uitbracht, uit dankbaarheid voor het talent dat hij had gekregen: ‘A Love Supreme’. De plaat ging recht de eregalerij van de jazz in, en wordt voor dit jubileum uitgebreid gefêteerd.

De opening van de vierdelige suite, ‘Acknowledgment’, is parate kennis bij jazzliefhebbers: de gong als een dramatisch startschot, de siddering van de cymbalen, en dan: de vier basnoten van Jimmy Garrison waarop het hele stukt steunt. Kippenvel.

Alleen: live krijgt een mens dit zelden te horen. Coltrane speelde het maar één keer voor een publiek met zijn kwartet, op het Festival Mondial du Jazz Antibes in Juan-les-Pins. Branford Marsalis bracht het stuk in 2004 op dvd uit. Verder zijn we vooral aangewezen op Joe Lovano, die het als zijn missie beschouwt om het latere, complexere werk van Coltrane levend te houden.

Lovano was dus de ideale man om ‘A Love Supreme’ naar Middelheim te brengen, maar hij zou het niet in zijn eentje doen. Aan zijn zijde stond tenorist Chris Potter, die vorig jaar nog de lezerspoll van het vakblad Downbeat won.

Toen kwam de gong, rilden de cymbalen en begon een rit in een rollercoaster van anderhalf uur. Overdonderend was het, meeslepend, en vooral: véél. Het viel te voorspellen dat een opzet met twee saxofoongiganten naast elkaar weleens uit de hand zou kunnen lopen. Hoger, harder, luider. Dat was niet altijd even functioneel, en een deel van het publiek knapte erop af.

Maar dat de twee giganten zich niets aantrokken van de risico’s, verdient ook respect. En dus kreeg Antwerpen uitgebreid twee heel eigen stemmen te horen. De gulle Lovano, ‘airy’ en rond, bewust een beetje slordig, als een oude oom die met een dikke tong praat. De hardere Potter, ‘punchy’ en rauw, technisch perfect in elk register. Muzikanten en publiek vielen elkaar hevig zwetend in de armen. Het had iets verbindends.

(Bart Cornand)

SETLIST: ‘A love supreme’-suite (John Coltrane): Acknowledgement, Resolution, Pursuance, Psalm – Song of Praise; I want to talk about you (Billy Eckstine), Mr. P.C. (John Coltrane).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content