‘Ik heb véél mislukkingen gekend’

© Lars Erlend Tubaas Øymo

Harper Simon worstelde lang met de sterrenstatus van zijn vader. Nu heeft hij uiteindelijk een eerste zelfgetitelde plaat achter zijn naam. Een interview.

We spreken Harper Simon na zijn optreden in de Brusselse Archiduc, het artdéco-café waar onder anderen Arno kind aan huis is. Harper musiceert er in de aanwezigheid van een handvol fans en een rist fotografen. Hij speelt solo, alleen met zijn gitaar – Tom Dice-style – en zingt een nummer of vijf, zes.

Harper is 37 en ziet er al behoorlijk doorleefd uit. De man worstelde met de sterrenstatus van zijn vader en ging gebukt onder faalangst. Nu heeft hij uiteindelijk toch een plaat gemaakt die zijn eigen naam draagt.

Voor het interview beveelt Harpers management om zo weinig mogelijk over vader Paul Simon te vragen, want daar houdt Harper niet van. Maar we kunnen het toch niet laten om met een vader-vraag in huis te vallen.

Enkele songs op je plaat werden samen met je vader geschreven, hoe was de samenwerking? Harper Simon: Het was aanvankelijk niet de bedoeling met mijn vader samen te werken maar hij kwam zelf met het idee, en ik zag dat wel zitten. We hadden voordien nog nooit zoiets gedaan en achteraf bleek dat we het samen wel goed konden vinden. Maar er hebben natuurlijk nog zoveel andere grote artiesten meegewerkt, zoals Cat Power. De aanwezigheid van al die grote namen maakt me bescheiden, I’m humbled.

Je producer was Bob Johnston, die lang geleden onder andere albums van Bob Dylan inblikte. De man had al langer dan een decennium geen voet meer in een studio gezet, hoe heb jij hem toch kunnen strikken? Simon: Ja, ik heb hem inderdaad uit zijn pensioen getrokken (lacht). Maar eigenlijk ging dat heel vlot, ik heb hem gewoon opgebeld en gevraagd of hij iets wilde doen. Hij antwoordde ‘jazeker’ en hij heeft er dan voor gezorgd dat al die briljante mensen werden samengebracht in de studio.

(Harper doelt hier op onder anderen Lloyd Green, Gene Chrisman, Mike Leech en Al Perkins. Met deze muzikanten speelde Harper enkele Nashville sessions, dien dan weer resulteerden in vier tracks die op zijn album te horen zijn.)

Je bent nu 37, waarom heb je zolang gewacht om een album uit te brengen? Simon: Sommigen maken één sterk album op hun 24e, maar maken na dat hoogtepunt enkel nog slechte platen. Ik heb gewoon mijn tijd genomen en pas toen ik voelde dat ik de maturiteit had, ben ik er aan begonnen. Ik had ook een gebrek aan zelfvertrouwen en heb lang met emotionele en psychologische problemen geworsteld. Het was een lastige rit, het album kostte me drie jaar noeste arbeid.

Maar nu je je zelfvertrouwen hebt teruggevonden, ben je klaar om te touren? Simon: Jazeker! De ontvangst bij de pers is positief, en de recensies zijn niet slecht. Ik kan niet klagen over de aandacht, maar zo populair als Lady Gaga ben ik natuurlijk niet (lacht). Ik kom zeker terug naar België, I love this place, dus jullie zien me binnenkort terug!

Als afsluiter: voor je je solocarrière lanceerde maakte je deel uit van de band Menlo Park… Simon: Wel, Menlo Park was een complete mislukking (lacht voluit). Maar het was slechts één van de vele mislukkingen in mijn leven. Het belangrijkste is dat ik uit elke dwaling wel wat heb geleerd. Uit elke mislukking moet je iets halen dat je later kan gebruiken.

Sam De Ryck en Elisah Vandaele Foto’s: Lars Erlend Tubaas Øymo

Harper Simon speelt Berkeley Girl:

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content