Wilco @ Orpheum Theatre, Vancouver: Avontuurlijker en vitaler dan ooit

Wilco © -

Wilco viert dezer dagen zijn twintigste verjaardag en trakteerde de fans daarom op een gratis download van zijn uitstekende nieuwe cd ‘Star Wars’. Van Europese shows is nog geen sprake, maar wij zagen de band alvast aan het werk in Canada. En ja, Jeff Tweedy & co verkeren in absolute topvorm.

DA GIG: Wilco in Orpheum Theatre, Vancouver op 12/8.

IN EEN ZIN: Een rijk, gevarieerd en sprankelend optreden van een Amerikaanse band die als weinig andere een brug weet te slaan tussen avant-garde en traditie.

HOOGTEPUNTEN: ‘You Satellite’, ‘Where Do I Begin’, ‘Muzzle of Bees’, ‘Art of Almost’, ‘Via Chicago’, ‘Jesus, Etc.’, ‘Impossible Germany’…

DIEPTEPUNTEN: geen.

BESTE QUOTE van Jeff Tweedy: “Wanneer ik veel praat, ben ik snel geneigd onzin te verkopen. Jullie zullen het me dus wel niet kwalijk nemen dat ik verder mijn mond houd.”

Het Orpheum Theatre in downtown Vancouver, een geklasseerd gebouw uit 1927 dat enkele jaren geleden nog met zorg werd gerestaureerd, behoort, volgens lieden die dat kunnen weten, tot de mooiste theaters van Noord-Amerika. Het vormt de thuisbasis van het Vancouver Symphony Orchestra en beschikt dus over een perfecte akoestiek, zodat de 3000 toeschouwers overal in de zaal verzekerd zijn van perfect kijk- en luistercomfort.

Wilco wist van dat heldere geluidsbeeld dan ook optimaal te profiteren. De groep, die ooit tot de pioniers van de alt.country behoorde, creëerde in de loop van de voorbije twee decennia haar eigen muzikale universum. Ze maakt toegankelijke popsongs die een rijke waaier aan invloeden verraden, niet zelden een experimenteel randje vertonen en onverwachte zijpaadjes inslaan. Zanger en songschrijver Jeff Tweedy is tegenwoordig ook solo actief (zijn akoestische set in het Leuvense Depot van november vorig jaar staat onuitwisbaar in ons geheugen gegrift) en laat zich, getuige recente langspelers van Low en Richard Thompson, ook meer en meer als producer gelden. Maar na een pauze van vier jaar is er nu ‘Star Wars’, de negende cd van Wilco, en daarop blaakt de groep weer volop van vitaliteit en zelfvertrouwen.

In visueel opzicht hield het sextet het in Vancouver vrij ‘basic’. Het decor suggereerde een veelkleurige sterrenhemel: niets spectaculairs, maar het zag er wél prachtig uit en leidde gelukkig nooit af van de muziek. Het concert, goed voor 32 songs in tweeënhalf uur, viel uit elkaar in drie delen. Wilco begon met de integrale uitvoering van ‘Star Wars’ en speelde de nummers in precies dezelfde volgorde als op de plaat. Vervolgens bracht de groep een fraaie selectie uit haar rijke discografie, waarbij de nadruk lag op ‘Yankee Hotel Foxtrot en ‘A Ghost is Born’ en enkel ‘Wilco (The Album)’ ongemoeid werd gelaten. Tot slot hadden Tweedy en zijn maats ook nog een akoestisch setje in petto, al werd dat opgespaard tot het bisgedeelte van de avond.

Stekelig

Wilco betrad het podium op de tonen van ‘EKG’, de dwarse instrumental waarmee ook zijn nieuwe cd opent, en zette prompt de puntjes op de i met goed in de gitaren zittende, naar Bowie, Lou Reed en T.Rex verwijzende flarden glamrock als ‘More…’ en ‘Random Name Generator’. Voorman Jeff Tweedy, die zijn ogen verborg onder de rand van een grote, witte cowboyhoed, beroerde afwisselend een elektrische en akoestische gitaar en demonstreerde tijdens ‘The Joke Explained’ dezelfde nasale zangstijl als Bob Dylan. Dit was folkrock, maar dan wél met een serieuze twist.

De set piekte voor het eerst met het even grillige als zinnenprikkelende ‘You Satellite’: ruim vijf minuten zinderende spanning, opgewekt door knagend snarenwerk waarmee Nels Cline meer dan eens Robert Fripp naar de kroon stak. Zijn leftfield-neigingen zorgden ervoor dat zelfs een simpel, semi-akoestisch popliedje als ‘Taste the Ceiling’ iets stekeligs kreeg. Wilco goochelde echter ook met strakke, rechttoe rechtaan rock-‘n-rollnummers zoals het energieke ‘Pickled Ginger’, dat klonk als een ode aan John Lennon, of ‘Cold Slope’, dat door Mikael Jorgensen van spookachtige keyboards werd voorzien.

Kippenvel kregen we dan weer van ‘Where Do I Begin’, een pakkende lovesong van Jeff Tweedy voor zijn vrouw Susan, die al een poosje vecht tegen kanker, en het haast even mooie ‘Magnetized’, dat moeiteloos op de Dubbele Witte van The Beatles had kunnen staan. De song werd niet alleen versierd met prachtige harmony vocals, op bepaalde momenten zou je hebben gezworen dat George Harrison zelve stiekem in de coulissen stond mee te spelen. “You look good, seriously”, meldde Tweedy, die zich pas na veertig minuten rechtstreeks tot het publiek wendde. “Dit was ‘m helemaal, onze nieuwe cd. Fijn dat jullie zo geduldig hebben geluisterd.”

Onweer

Meteen daarna brak de band een serie publieksfavorieten aan, met als binnenkomer: ‘Handshake Drugs’, waaraan voor de gelegenheid een verbluffende, epische coda werd gebreid. ‘Kamera’ dreef op logge riffs, het behoedzaam begonnen ‘Muzzle of Bees’ mondde uit in een impressionante climax en ‘Art of Almost’, met drie bandleden op keyboards, werd geïnjecteerd met een fikse dosis elektronica, om daarna geleidelijk overwoekerd te worden door messcherpe gitaaruithalen.

Wilco zwalkte voortdurend heen en weer tussen sober en barok (‘At Least That’s What You Said’), bouwde op tijd en stond opgewekte momenten in (het frivole ‘Hummingbird’, het zwierige ‘I’m The Man Who Loves You’, een ronduit swingend ‘The Late Greats’) en gaf zelfs het poppy ‘Dawned on Me’ een linke draai middels een in feedback gedrenkte intro.

Tot de hoogtepunten uit het tweede deel behoorden zonder twijfel ‘Via Chicago’, een song waarin tot drie keer toe een zwaar onweer opstak en minstens de helft van de muzikanten, met drummer Glenn Kotche op kop, de melodie doelbewust uit haar hengsels poogden te blazen; het zacht maar funky aangezette ‘Jesus, Etc.’ en het lang uitgesponnen ‘Impossible Germany’, dat steunde op een omineus orgeltje en fijnmazige, naar The Allman Brothers verwijzende gitaarweefsels van Nels Cline en multi-instrumentalist Pat Sansone.

Ovatie

Als extraatje kwam Wilco nog op de proppen met een zestal unplugged-nummers, waartoe onder anderen een banjo, dobro, melodica en een xylofoontje in stelling werden gebracht. ‘Misunderstood’ werd opgeleukt met uitgekiende meerstemmige zangpartijen, tijdens het twintig jaar oude ‘It’s Just That Simple’ mocht bassist John Stirratt zich van de microfoon meester maken en tijdens het Flying Burrito Brothers-achtige ‘California Stars’, uit het Woody Guthrie-project ‘Mermaid Ave.’, werd de hulp ingeroepen van Jenny Lewis en haar band, die eerder op de avond weinig indruk hadden gemaakt als voorprogramma. Het concert eindigde in schoonheid met ‘Shot in the Arm’, waarna het zestal uit Chicago door de toeschouwers terecht werden beloond met een staande ovatie.

Mocht u er nog aan twijfelen: Wilco klinkt anno 2015 avontuurlijker en vitaler dan ooit. We hopen dus, samen met u, dat het gezelschap dat ook spoedig in Europa komt bewijzen.

Dirk Steenhaut

DE SETLIST: (EKG) / More… / Random Name Generator / The Joke Explained / You Satellite / Taste the Ceiling / Pickled Ginger / Where Do I Begin / Cold Slope / King of You / Magnetized / Handshake Drugs / Kamera / Muzzle of Bees / Art of Almost / At Least That’s What You Said / Hummingbird / Secret of the Sea / Heavy Metal Drummer / I’m the Man Who Loves You / Dawned on Me / Via Chicago / Jesus, Etc. / Born Alone / Imposible Germany / The Late Greats // Misunderstood / I’m Always In Love / It”s Just That Simple / War on War / California Stars / A Shot in the Arm.

Fysieke exemplaren van de nieuwe cd ‘Star Wars’ zijn verkrijgbaar vanaf 21 augustus.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content