Frank Fairfield en Olöf Arnalds @ Feeërieën: Traditioneel maar niet belegen

Frank Fairfield © Ken Grinde

Folk in al zijn verschijningsvormen: dat stond op het menu tijdens de tweede avond van de Feeërieën, die wegens wateroverlast in het Warandepark werden verplaatst naar de ABClub. Een geluk bij een ongeluk, want met die schaalverkleining waren alle artiesten op het programma gebaat.

DA GIG: De Feeërieën, dag 2, in de ABClub, Brussel met Astronaute, Olöf Arnalds en Frank Fairfield.

IN EEN ZIN: Zelfs in een tijd waarin muziek almaar vaker door computers wordt gedomineerd, blijkt dat artiesten ook met ouderwets eenvoudige hulpmiddelen een publiek geboeid kunnen houden.

HOOGTEPUNT: het uiterst amuante optreden van Frank Fairfield.

DIEPTEPUNT: de bij momenten meelijwekkende vertoning van Olöf Arnalds.

BESTE QUOTE van Fairfield, die tongue-in-cheek verklaarde: “Wat gaat de tijd traag, wanneer je op het podium staat”.

De Belgische Astronaute, de IJslandse Olöf Arnalds, de Amerikaanse Frank Fairfield: alle drie stonden ze dinsdagavond solo en akoestisch op het podium en deden ze elk hun voordeel met de intieme sfeer van het clubzaaltje, waar volstrekt geen barrière meer bestond tussen artiest en publiek. Dat iedereen intussen droog bleef en geen regen of modder meer hoefde te trotseren, was uiteraard een bonus.

De avond werd ingezet door Astronaute, een singer-songwriter die zich in het dagelijkse leven gewoon als Myrthe Luyten laat aanspreken en bas speelt bij de Limburgse Americanaband Mad About Mountains. In november vorig jaar debuteerde ze met de digitale ep ‘Myriad’, die nog altijd gratis te downloaden valt van het internet, en tegen volgend voorjaar kondigt ze haar eerste werk van lange adem aan, op het onvolprezen Zeal-label (zie ook Isbells en Marble Sounds).

Tijdens de Feeërieën zong ze mijmerende, ingetogen liedjes zoals ‘Lighthouse’ en ‘King Winter’ enkel met behulp van haar gitaar, waarop ze een voortreffelijke fingerpickingtechniek etaleerde. Aanvankelijk was het een beetje wennen aan haar diepe stem en ook aan haar podiumuitstraling moet Astronaute nog een beetje werken. Haar songs konden hier en daar wel een groep gebruiken, want soms dreigde haar set een beetje saai te worden. Maar dat ze een veelbelovend talent is, viel op geen enkele manier te ontkennen. Tony Dekker van de Canadese Great Lake Swimmers vertelde ons al dat hij een fan is. U verkeert dus alvast in goed gezelschap.

Gegiechel

De IJslandse Olöf Arnalds staat in haar carrière inmiddels al enkele stappen verder. De 34-jarige chanteuse met de hoge stem, die op 29 september haar vierde (en tweede Engelstalige) cd ‘Palme’ uitbrengt, is een protegee van Björk, met wie ze eerder al een duet opnam, en staat bekend als een behendige multi-instrumenaliste die ook klassieke compositie heeft gestudeerd. Sinds ze zich solo manifesteert, schrijft ze ijle, folky liedjes die soms wat gemeen hebben met die van Joanna Newsom, maar vooral schatplichtig zijn aan onlangs herontdekte zangeressen uit de sixties, zoals Vashti Bunyan en Linda Perhacs.

Op haar nieuwe plaat, geproducet door Gunnar Örn Tynes van múm, een groep waar ze zelf vijf jaar deel van uitmaakte, en Skúli Sverrison, die voordien met Laurie Anderson werkte, doet Arnalds verdienstelijke pogingen om haar lieflijke folkgeluid te verrijken met elektronica (zie ook de voortreffelijke single ‘Half Steady’). In Brussel viel daar echter nog niets van te merken. De nicht van de populaire neoklassieke componist Olafur Arnalds begeleidde zich op gitaar, zong een a capella liedje in het IJslands, coverde ‘Maria Bethânia’ van de Caetano Veloso, maar wat ze ook deed, ze maakte er een potje van.

Het weinig professionele excuus luidde dat ze om vier uur ’s ochtends uit Reykjavik was vertrokken en niet had geslapen. Ze begon een song in de verkeerde toonaard, twijfelde over de juiste akkoorden, vertelde verhaaltjes die nergens naartoe gingen, giechelde om de haverklap om dingen die alleen zij grappig leek te vinden, droeg nummers op aan het personeel van de AB en de receptioniste van haar hotel en zo kwam ze het ene moment ontwapenend, het andere tenenkrommend uit de hoek. Als concert was de passage van Olöf Arnalds een ‘major fuck up’, maar laat ons positief blijven: het was tenminste goed theater.

Anachronisme

Met voorsprong de interessantste artiest van de avond was Frank Fairfield, een Californiër van halverwege de twintig die klinkt als iemand van 75. De man speelt wat hij zelf Amerikaanse ‘down home music’ noemt: hillbilly country, appalachenfolk, delta blues en ragtime van het type dat enkel bewaard is gebleven dank zij de veldopnamen van musicologen als Harry Smith en Alan Lomax. Fairfield beschikt over een imposante collectie oude 78-toerenplaten en zijn kennis van de traditie grenst aan het encyclopedische.

Over de zanger zelf is weinig bekend, behalve dat hij op straat of op vlooienmarkten speelde, tot hij werd opgemerkt door iemand met de juiste connecties in het muziekmilieu. Hij toerde in het voorprogramma van Fleet Foxes en mocht een single maken voor Jack Whites Third Man-label, maar Fairfield blijft er nuchter bij. Hij ziet zichzelf als een ambachtsman die met uitsterven bedreigde muziek in haar authentiekste vorm levend houdt.

In de esthetiek van Frank Fairfield is geen ruimte voor laptops, smart phones of satelliet-tv’s: de man oogt alsof de tijd minstens honderd jaar stil is blijven staan, bespeelt zijn viool, banjo en gitaar met een achteloze virtuositeit en brengt zijn repertoire met humor en zelfrelativering. Zijn set varieerde van murder ballads (‘Duncan & Brady’) tot cowboysongs (‘Get Along Little Doggies’), van dansbare fiddle tunes (‘Rhye Whiskey’) tot hilarische kinderliedjes (‘The Cat Came Back’). Fairfields repertoire, slungelachtige figuur en onhandige podiumgedrag maakte het allemaal hoogst amusant, maar op zijn eigen rauwe manier toonde hij zich wel een muzikant met klasse. Zodra hij zijn gitaar aanraakte, kreeg je het gevoel dat Misissippi John Hurt uit de doden was opgestaan.

Een bijzonder optreden dus van een man die, net als Sam Amidon, inspiratie zoekt in het verleden, maar zo weinig mogelijk zijn eigen stempel drukt. Een fenomeen, die Fairfield, en meteen de eerste echte revelatie van het Feeërieën-festival.

Dirk Steenhaut

Vanavond op de Feeërieën in het Brusselse Warandepark: Douglas Dare en Perfume Genius. Toegang gratis.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content