Bruno Mars op Werchter Boutique: klein mannetje, grote meneer

Bruno Mars op een eerder optreden © REUTERS

Years & Years en vooral Oscar And The Wolf deden hun best, maar reikten allebei niet tot aan de enkels van de overdonderende opdonder genaamd Bruno Mars.

Examenvraag: is het een goed idee om een roedel frisgewassen popgoden -Lil Kleine, Years & Years, Oscar And The Wolf en Bruno Mars, om nu een paar namen te noemen – naar de heilige wei van Werchter te halen in het midden van de blok?

Antwoord: ja, tenminste als je het terrein gezellig aankleedt en het Werchter Boutique noemt. ‘Familiaal, gezellig, authentiek’, zien we in onze gedachten op Herman Schueremans’ flipboard staan, een trio van woorden dat niet alleen pubers, maar ook mama’s, papa’s en grootouders zaterdag massaal voor de bijl deed gaan.

Hoe Lil Kleine, DJ Rashida en Tom Odell de dag openden, zult u aan uw kinderen moeten vragen – lit betekent dat ze het goed vonden- want wij pikten in bij Years & Years, een op plaat makke synthpopgroep uit Londen die bestaat bij de gratie van frontman Olly Alexander: klok van een stem, dieprood geverfd cherubijnenkapsel en stilistisch de kruising tussen een garagist en een bezoeker van een danstempel uit de jaren negentig.

Bruno Mars op Werchter Boutique: klein mannetje, grote meneer
© VRT – Jokko

Tussen vlekkeloos uitgevoerde hits als Desire, Shine en obligate afsluiter King leidt Alexander een batterij dansers over het podium, geeft hij een puike pianosolo weg en gaat hij een paar meter omhoog in een mantel waar Max Colombie zijn hele kledingbudget aan zou willen spenderen. ‘I enjoyed this bit’, giechelt hij daarna, en we noteerden nog wel een ‘oh my gosh’-achtige kreet of vijf die zonder twijfel een paar honderd keer werden geproduceerd op Instagramfeeds en Snapchatverhalen. Geen wereldschokkende show, wel degelijk, vakkundig op maat van de doelgroep gesneden entertainment.

Over naar Oscar And The Wolf dan, en wel het meest bescheiden optreden dat we de laatste drie jaar van Max Colombie en de zijnen hebben gezien. Geen kooi, geen catwalk, zelfs geen kamerplanten, enkel rookpluimen op het einde, twee confettimomenten en goed getimede banbliksems op de videowall van Bruno Mars. In de wereld van Colombie betekent dat dat hij het zo goed als alleen moet zien te rooien, met zijn songs, zijn zilveren pak en zijn wit-gele superheldenlaarzen.

Helaas zagen wij in het begin vooral een antiheld. Niet dat wij Max Colombie ooit van luiheid hebben beticht, maar in het volle daglicht zagen wij pas echt hoe hard die jongen moet werken voor de kost op zo’n groot podium. De zanger haalde werkelijk alles uit zijn krols kronkelende lichaam om toch maar Het Moment te pakken te krijgen, maar verder dan de helft van het eerste vak reikten zijn inspanningen zelden. Grond countrol to Major Max: tijd voor een paar dagen vrijaf en een kop kamillethee, jongen.

Een liveshow van Bruno Mars is meer dan een veredelde jukebox.

Maar Colombie bevrijdde zichzelf in de tweede helft van de set uit de chasse-patate. Met You’re Mine, zijn samenwerking met Charlotte De Witte dropte hij het eerste bommetje, meteen gevolgd door het ravende Runaway. De derwisj van Dilbeek tolde door de laatste lading hits, van Joaquim over Fever tot afsluiter Princes, en liet na een gevoelige piano-intro de hele keet nog één keer vurig viben op Strange Entity. Nog 61 keer goed slapen, Max, en breek dan Pukkelpop maar af met alle tierlantijnen die je wil.

Dat Oscar And The Wolf in een medium-versie moest aantreden, was de schuld van Bruno Mars, met zijn volle 165 centimeter toch de grote man van de avond. ‘We are here to turn you on! Are you ready?’ voice-overde hij het publiek vooraf naar de eerste extase van de show, om luttele seconden later Finesse in te zetten, zonder Cardi B, maar met vuurwerk. Meteen daarna vlamde Mars er 24K Magic door. Twee wereldhits in de eerste zeven minuten: faut le faire.

Maar een liveshow van Bruno Mars is meer dan een veredelde jukebox, al is het maar omdat hij met The Hooligans over een liveband beschikt waar James Brown zaliger zich graag mee had uitgeleefd. Het was niet alleen met spelen, maar ook met dansen en sjansen voor de muzikanten, synchroon met hun broodheer. Ze gingen mee in de jongens-onder-elkaargesprekjes die nu eenmaal bij Mars’ swaggy basketoutfit horen en vuurden het publiek mee aan in de klassieke strijd tussen de linker- en rechterkant van de meute. Tegelijk bleven ze wél lickjes en lijntjes strooien op z’n Stevie Wonders, zonder maar één enkele noot te missen.

Voor elk over-the-topmoment is er een muzikaal hoogtepunt, een schalkse grap of een dikke hit waarvan we de tekst stiekem net iets te goed kennen.

En dan is er nog de man zelf, misschien wel het grootste multitalent van de huidige generatie popsterren. Mars zingt als Michael Jackson, shufflet over het podium als Billy Preston, ment het volk als Bruce Springsteen en moet in de categorie opdonders die geile praatjes verkopen enkel Prince zaliger laten voorgaan. Eén keer knipperen met de ogen en je hebt weer een dansbreak gemist, twee keer knipperen en je vriendin staat bronstig naast je zonder dat je weet waarom.

Al die duidelijk zichtbare invloeden – ja, we hebben de Purple Rain-flard gehoord, Bruno – zijn voor veel sceptici het grote manco van Mars: hij pikt als de raven van elke groovy motherfucker die de muziekgeschiedenis heeft gekend, maar lijkt er weinig aan toe te voegen. Ook subtiliteit is niet zijn grootste sterkte. Als zijn backing vocals meezingen, wordt het meteen zeemzoet, op z’n Boyz II Men’s. Als Mars zijn gitaar omgordt, gaat hij voor de stroperige Santana-op-rustsolo. Als de pianist of de drummer een momentje krijgen, wordt het uitgerekt tot de grens van de bombast bereikt is. Een ballade als Calling All My Lovelies wordt dan weer moddervet aangezet met een lasershow.

Maar als hij na diezelfde slow ‘Ik wil u zien, m’n sjoeke’ zingt in een baksteentelefoon en meteen de hele band betrekt in de grap, weten we meteen waarom we hem dat allemaal vergeven. Geen man die zo’n frats met meer swag verkoopt dan hij, vooral omdat er telkens weer een dikke hit volgt waarvan we de tekst stiekem net iets te goed kennen.

Stiekem? Fuck stiekem, dit was gewoon een belachelijk goede popshow. Met nog een laatste keer pyrotechnisch en muzikaal vuurwerk – Locked Out of Heaven, Just The Way You Are én Uptown Funk achter elkaar – sluit Bruno Mars zijn masterclass showmanschap af. Conclusie: wij hebben nog maar zelden meer liefde voor muziek, talent en lekkere grooves per lopende meter zien passeren op deze wei.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content