Sinkane: Afropop met hoog spacefunkgehalte

Twee jaar geleden zagen we hem de show van Yeasayer stelen in de AB, nu schittert sessiemuzikant Ahmed Gallab alias Sinkane op eigen houtje, met hulp van zijn interimconnecties.

Sinkane ***

Mars

funkpop – City Slang

Als er groene mannetjes leven op Mars en ze hebben een kont, dan shaken ze die bij voorkeur op door dwarsfluiten aangedreven spacefunk en afropop. Althans, dat moet zowat de theorie zijn van Ahmed Abdullahi Gallab, Sinkane voor de vrienden, een met zijn Soedanese ouders naar Amerika uitgeweken en thans in Brooklyn residerende multi-instrumentalist. Onder meer Yeasayer, Of Montreal en Caribou waren bij hem al aan het juiste adres om hun podiumbezetting te verrijken met een van alle markten thuis zijnde duizendpoot. Na twee ver onder de radar door gevlogen albums is Mars de doorstart van Sinkane, en de eerste langspeler waarop hij zijn interimconnecties te gelde maakt.

Opener Runnin’ is nog een onemanshow, en klinkt als een Nigeriaans funkcombo dat zich diep in de slums twee en een halve minuut lang vergrijpt aan Steve Millers Fly Like an Eagle, terwijl Curtis Mayfield het hele voorval becommentarieert. Klinkt prettiger dan het leest, wees gerust.

Tijdens Jeeper Creeper, een op Afrikaanse leest geschoeide lap disco noir, houdt Yeasayer-bassist Ira Wolf Tuton er met een wulpse wandelpas stevig de tred in, en zijn drummende collega Jason Trammell roert zich met klaterende junglepercussie tijdens Warm Spell.

Met die op een zuiderse bries aangewaaide kabbelgitaartjes, Gallab die zijn lijzige falset door allerlei elektronische filters jaagt en een gemiddeld tempo dat de doorsnee Limburgse coffeeshopbezoeker als ‘chill’ zou omschrijven, tekent zich snel een patroon af op Mars, maar Gallab is niet bang om dat te doorbreken. Bijvoorbeeld door George Lewis Jr. van Twin Shadow te vragen een scheurende Van Halen-solo te demonstreren tijdens Making Time, een gedwongen huwelijk tussen de Bee Gees en Bootsy Collins.

En dan is er nog die vermaledijde dwarsfluit natuurlijk, die schuin bekeken blaastube die van het naar de kosmische jazzgod Sun Ra gemodelleerde titelnummer het enige dipje maakt.

Ook in afsluiter Caparundi duikt de verguisde lispelstaf eventjes op, maar het zijn de vocalen van ene Roberto Carlos Lange (wie hem kent van Savath & Savales mag zijn vinger opsteken) die met de meeste aandacht gaan lopen: krék Bryan Ferry, tenminste, mocht die een Zuid-Amerikaanse saloncrooner geweest zijn en Roxy Music een uit exotische schaamstreken geïmporteerd loungeorkest. Sinkane doet aan zwoel sfeerbeheer en hij doet dat goed.

Jonas Boel

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content