Aldo Struyf heeft een van de meest gegeerde telefoonboekjes van het land. Toch is hij Vlaanderens best bewaarde muzikale geheim. ‘Ik ben een goede netwerker, denk ik.’

Voor wie Aldo Struyf niet kent: de toetsenist/gitarist maakte naam bij Orange Black, Vive La Fête en Millionaire en houdt er sinds enkele jaren ook een eigen project op na, Creature With The Atom Brain. De groep toerde met The Jesus and Mary Chain en The Lemonheads, liet zijn tweede langspeler Transylvania mixen door Chris Goss (Kyuss, Queens of the Stone Age, Masters of Reality) en overhaalde Mark Lanegan himself om daarop een nummertje mee te zingen. ‘Zet de plaat na twee uur ’s nachts op in de auto’, raadde Struyf ons aan, een test die wij ter harte namen op de E40 naar Brussel. Conclusie? Transylvania is een bijzonder fijne plaat. Even bezwerend als Struyfs soundtrack voor Karakatsanis’ Small Gods, rauw rockend als Mark Lanegan en psychedelisch als de heren van Hawkwind. De loftrompet, vlug!

Jullie worden vaak in de stonerhoek geduwd, maar wij hoorden op ‘Tran- sylvania’ vooral veel jaren 60 en 70.

Aldo Struyf: Dat klopt. Wij voelen ons helemaal geen stonerband. De laatste tijd hebben we vooral naar sixtiesfolk en progrock uit de jaren 70 geluisterd, en die invloeden hoor je wel. The Common People zit er duidelijk in. Veel Gong ook. Can natuurlijk. Brian Jonestown Massacre. Spaceman 3. En de wereldmuziek van Erkin Koray en anderen.

Niet bepaald de dingen die bij onze platenboer in de rekken liggen. Iets doet vermoeden dat hier een volbloed muziekfreak spreekt.

Struyf: Ik schat dat ik zowat zesduizend vinyls in mijn platenkast heb staan, en dan nog een hele hoop cd’s. Ik bezit dus wel wat muziek, ja. Sommige mensen gaan shoppen of vliegen in de drank als ze een opkikker kunnen gebruiken. Ik voel me goed in de platenwinkel. Maar ik ben niet de enige hoor. Jan Wygers, onze bassist, heeft een nog veel uitgebreidere collectie. En Tim Vanhamel, Mauro en drummer Dave Schroyen hebben ook allemaal wel een paar duizend platen.

Ken je eigenlijk nog wel mensen zónder muzieksmaak?

Struyf: Vrienden met een slechte muzieksmaak? (Denkt lang na) Tom Barman. (Lacht) De mottige housemuziek die hij soms draait… Pas op, ik wil Tommy hier niet afbreken – Tom is een maat en ik ben een fan van dEUS. Maar hoe je het ook draait of keert: Tom blijft een beetje een Johnny. (Hilariteit) Weet je, toen ik jong was, was ik wild van Butthole Surfers, Tommy van Wham!: die kloof is onoverbrugbaar. Maar zet dat nu niet als kop boven het stuk, hé. Dat is gewoon een plaagstootje.

We beloven niets. Met producer Chris Goss en Mark Lanegan staat er zeer schoon volk in de cd-hoes van ‘Transylvania’. Met ‘Lonely Night’ tekende die laatste zelfs voor een van de hoogtepunten van de plaat. Een goedgevuld vriendenboekje?

Struyf: Goh, we kennen gewoon veel mensen. Het is allemaal begonnen met die tour van Millionaire en Queens Of The Stone Age – toffe gasten. En we hebben altijd contact gehouden met die scene. Chris ken ik van bij de opnames van Lanegans Bubblegum. Het klikte, en toen we voor deze plaat een mixer zochten, heb ik hem gevraagd of hij dat niet wilde doen. En Mark is gewoon een vriend. Als die bij mij is, lijkt het alsof ik met Dave in de zetel zit. Gewoon grappen en lachen.

‘Er zijn maar zes of zeven mensen op deze planeet die het langer dan een dag bij Mark Lanegan uithouden’, zei Tim Vanhamel ooit. Je verkeert in select gezelschap.

Struyf: Mark is een heel lieve gast, hoor, zeker nu hij van de drugs af is. Hij gebruikt niet meer, rookt niet meer en drinkt niet meer: hij moet zowat de cleanste gast zijn die ik ken. Maar vroeger heeft hij wel felle stoten uitgehaald. Verhalen genoeg. Zo was hij op Roskilde eens zo fucked up dat hij twee uur na het optreden al vergeten was dat hij gespeeld had. Terwijl hij zich opnieuw naar de backstage haastte, kreeg hij te horen dat hij al had opgetreden, maar na twee nummers de security had neergemept en van het podium was verdwenen. En tijdens de laatste tour van The Mark Lanegan Band moest hij met een auto achter de tourbus rijden: hij had de chauffeur geslagen en mocht de bus niet meer op.

Hoe slagen jullie er eigenlijk in om steevast in mooie voorprogramma’s op te duiken?

Struyf: Ik ben een goede netwerker, denk ik. (Lacht) Nogmaals: we kennen veel mensen, en als programmatoren ons vragen, willen we altijd spelen. Een strategie om het buitenland te veroveren moet je daar niet achter zoeken. Neem nu die tour met The Jesus and Mary Chain: onze manager kende toevallig hun manager en heeft een cd’tje van ons afgeleverd. Het is niet alsof we ons ingekocht hebben – daar hebben we trouwens het geld niet voor. Brave mannen, overigens, die van The Jesus and Mary Chain. Hun wilde jaren zijn duidelijk gepasseerd: backstage zagen we hen enkel voorzichtig van een glas wijn nippen.

En hoe is het met jullie losbandigheid gesteld? Nog even buitensporig als tijdens de legendarische Queens of the Stone Age-tour met Millionaire?

Struyf: Dat valt onder het tourgeheim. (Lacht) Neen, serieus: we zijn brave jongens geworden. We willen ons wel amuseren, maar alles moet niet meer zo nodig op zijn kop staan. We willen vooral goede optredens geven, en als je nachten na elkaar wakker blijft, is er veel kans dat je je stem verliest of je hoofd er gewoon niet naar staat. En vroeger? Dat gaan we niet meer oprakelen. In een tourverslag van Millionaire stond ooit iets over joints roken op de tourbus. Wel, mijn ooms en tantes lezen dat dus ook. Ik kan je verzekeren: het familiefeest de week nadien was geen pretje.

Transylvania

Vanaf 10/4 bij Sacred Love Records.

Door GEERT ZAGERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content