De documentaire in ‘Belga Sport’ over de val van Lucien Van Impe was het perfecte sluitstuk van de reeks.

‘Je kon de aankomst zelfs al zien liggen.’ Van op de flanken van de Alpe D’Huez tuurde Lucien Van Impe in de verte naar een imaginaire eindmeet, en je merkte hoe hij in gedachten meteen dertig jaar in de tijd terugkeerde. Op 19 juli 1977 voerde Vlaanderens meest begaafde klimgeit op de legendarische Alpencol een raid uit op de gele trui, die toen nog stevig om de lenden van Bernard Thévenet hing. Enkele kilometers voor de finish werd Van Impe echter van zijn sokken gereden door een volgwagen en belandde hij in de berm. De coureur bleef ongedeerd, maar zijn fiets was rijp voor de schroothoop, en terwijl hij stond te wachten op vervanging, zag Van Impe zijn droom op een tweede Tourwinst vervliegen. De Nederlander Hennie Kuiper won uiteindelijk de etappe, en Thévenet kon het geel behouden tot in Parijs. In de laatste aflevering van de documentairereeks Belga Sport probeerden de makers te achterhalen wat er precies gebeurd was tijdens die beklimming, en daarbij waren ze niet over één nacht ijs gegaan. Zowat iedereen die de gebeurtenis van dichtbij of veraf had meegemaakt kwam daarover vertellen, van de wielrenners over de ploegleider van Van Impe tot de persfotograaf die de eerste beelden van de val had gemaakt. Alleen de bestuurder van de auto in kwestie was er niet bij, wegens een paar jaar geleden overleden. Dé definitieve waarheid over het ongeluk leverde dat niet op – daarvoor lagen de getuigenissen te ver uiteen – maar de kleurrijke verhalen zorgden wel voor een schitterend tijdsdocument.

De vreemdste beelden uit de documentaire waren opgenomen net na de aankomst van de rit. Toenmalig tourbaas Félix Lévitan, die zich bij het ongeval vlak bij Van Impe bevond, vertelde daarin in aanwezigheid van de renner zijn versie van de feiten tegen de journalist van dienst, op zo’n manier dat het leek alsof hij zelf omvergereden was. Geslagen hond Van Impe, die Lévitan omschreef als ‘God’, kon weinig meer doen dan knikken en beamen dat het ongeval inderdaad geen invloed had gehad op de einduitslag. ‘Mensen in teleurstelling kun je alles laten zeggen,’ stelde Hennie Kuiper koeltjes vast, ‘en daar hebben ze die dag van geprofiteerd.’ Vandaag had Lucien zijn mening dan ook herzien. ‘Ik had die Tour moeten winnen’, zei hij terwijl hij vechtend tegen de tranen keek naar de berm waarin hij dertig jaar geleden was beland. De wonden waren verre van geheeld, ook niet bij Van Impes vrouw, die haar spijt uitdrukte dat ze in die tijd geen proces hadden ingespannen tegen de onvoorzichtige chauffeur.

Desondanks bleven grote beschuldigingen uit. Elders heeft Van Impe al laten noteren dat hij die dag omver werd gereden omdat de Fransen liever ‘hun’ Thévenet de Tour zagen winnen, maar op enkele kleine opmerkingen na liet deze documentaire die denkpiste onbelicht. En eigenlijk waren grote complottheorieën over die noodlottige julidag ook niet op hun plaats geweest. Belga Sport heeft immers acht weken lang laten zien hoe in de sportwereld triomf en tragedie elkaars verwanten zijn, en hoe klein de afstand van hemel naar hel daar is. In die zin was deze prachtige documentaire over de val van Lucien Van Impe het perfecte sluitstuk.

Door Stefaan Werbrouck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content