Gevraagd naar zijn inspiratiebronnen noemt Rick De Leeuw spontaan The Jam, Rainer Maria Rilke, Guido Gezelle en Camille Claudel.

Wat ben je aan het lezen?

De blauwe jurk van Camille van Michèle Desbordes, een schitterend, traag boek over het leven van de beeldhouwster Camille Claudel, leerlinge en minnares van de Franse beeldhouwer Rodin. Ze bracht de laatste 30 jaar van haar leven zeer tegen haar zin door in een psychiatrische instelling. Bijzonder schrijnend voor een dame die in Parijse artistieke milieus zo gegeerd was, bijvoorbeeld door de dichter Rilke.

Fan van Rilke?

Ik hou wel van zijn donkere, romantische, verheven poëzie, ja. Een van zijn gedichten, Herfstdag, gaat volgens mij zelfs over Camille Claudel: Wie nu geen huis heeft, bouwt er zich geen meer / Wie nu alleen is, zal het heel lang blijven / zal waken, lezen, lange brieven schrijven / en door de lanen, heen en weer, onrustig dwalen / als de bladeren doelloos drijven. Daarnaast hou ik van de poëzie van Gerard Reve, die is robuust, ontroerend en hilarisch tegelijk. Voor Singhet ende weset vro, het toneelstuk in de KVS waar ik aan meewerk, lees ik nu Guido Gezelle: De jonge wiedster galmt heur lied / Van ’s morgens vroeg aan het polken / En ze antwoordt die ze niet en ziet / De leeuwerik in de wolken. Prachtig, toch?

Altijd een verwoed lezer geweest?

Op de kostschool verslond ik dikke boeken, genre Madame Bovary of De Klokkenluider van de Notre-Dame: heerlijk om lekker diep in weg te zakken. Het gevoel dat ik nog 500 pagina’s had te gaan, bood me toen een soort troost. Later had ik het geduld en de rust niet meer om zulke dikke turven te lezen. Nu komt dat stilaan terug.

Welk boek achtervolgt je?

Kees de jongen (1923) van de Nederlandse schrijver Theo Thijssen. Hallucinant, ik herken mezelf heel erg in dat boek. In elke fase van mijn leven heeft mijn wereld veel gemeen met die van het hoofdpersonage, Kees Bakels.

Wat hing aan de muren van je kostschoolkamertje?

Aan de spaanderplaten wandjes hing een krantenartikel met een foto van Johan Cruijff, die zijn zevenjarig contract bij Ajax tekent. Een jaar later was hij trouwens weg naar Barcelona. De bandleden van Alice Cooper hingen ook opgeplakt, want bij hun plaat Billion Dollar Babies (1973) zaten ministickers. Ik luisterde toen nauwelijks naar muziek, al had ik ook een plaat van Rod Stewart. Maar dat was vooral omdat Willem van Hanegem, een van mijn lievelingsvoetballers, daar fan van was.

Welke muziek heeft je leven veranderd?

Ik wou eigenlijk profvoetballer worden, maar toen ik zestien was, besefte ik diep vanbinnen dat dat nooit zou lukken. Ik had nog geen plaatsvervangende droom gevonden tot ik The Jam hoorde. Door hun debuutplaat In the City (1977) en hun optreden op 30 september 1977 in Paradiso in Amsterdam had ik plots een nieuw doel in mijn leven: rocker worden.

Wat is het gat in je cultuur?

Ik heb er veel, maar dat vind ik niet erg. Integendeel, ik laat me graag verrassen en ontroeren door een voorstelling in een genre waar ik niet veel van afweet. Het maakt de ervaring des te intenser. Nu ja, spontaan zou ik bijvoorbeeld niet naar Peter Pan on Ice gaan kijken. Maar nu ik erover nadenk, waarom ook niet?

Rick De Leeuw speelt mee in het muziektheaterprogramma ‘Singhet ende weset vro’, op 22, 23, 26, 27, 28, 29 en 30 december en 3 en 4 maart in de KVS (Arduinkaai 7, Brussel, tel. 02 210 11 12, www.kvs.be). Hij is ook met Jan Hautekiet op tournee langs de theaters van Vlaanderen en Nederland met de voorstelling ‘Het leven is nog nooit zo mooi geweest’ (www.hautekietdeleeuw.be ).

Thijs Demeulemeester

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content