Met Les Supappes fietst Karl Vannieuwkerke weer langs de Vlaamse theaterzalen. Toch waren zijn jeugdhelden niet Merckx en De Vlaeminck, maar wel Bono en The Edge. De culturele voorkeuren van de gele trui van de Vlaamse wielerjournalistiek.

* Hing je slaapkamer vroeger vol posters van coureurs?

Vreemd genoeg niet. Er hingen centerfolds van Jan Ceulemans, Michel Preud’homme en Jean-Marie Pfaff. Toentertijd was dat een gerespecteerde keeper, geen reality tv-karikatuur. Keith Haring hing er ook, en natuurlijk U2.

* Was je een hevige fan?

Nog altijd! Under a Blood Red Sky, hun live-cd met het fantastische I Will Follow, heb ik grijsgedraaid. War, The Unforgettable Fire, Rattle and Hum en Achtung Baby zijn ook goeie platen, maar Pop vond ik een te radicale stijlbreuk. Hun show in het Koning Boudewijnstadion was een enorme teleurstelling: te ingestudeerd, te bol van Goede Bedoelingen. En ik stond nu eens op de eerste rij.

* Heb je zelf muzikaal talent? Wij herinneren ons een ‘Kom Op Tegen Kanker Show’…

… waarin ik The Beatles playbackte, juist! Ik kan totaal niet zingen. Mijn vrouw wel, vandaar dat ze elke vocale poging van mijnentwege meteen in de kiem smoort. U2 playbacken kan ik wel goed: op school was ik vroeger altijd The Edge.

* Wat is het boek van je leven?

De renner van Tim Krabbé, een boekje dat me telkens weer zin geeft om op de fiets te springen. Het is het verhaal van een koers in de Ronde van Mont Aigoual, zo meeslepend geschreven dat het lijkt alsof je er zelf in meerijdt. Verplichte kost voor elke wielertoerist. Ik heb ook erg genoten van Mevrouw Verona daalt de heuvel af, de laatste van Dimitri Verhulst. Literair veel sterker dan De helaasheid der dingen, vond ik.

* Wat was de laatste film die je gezien hebt?

Ex Drummer. Ik zag ‘m in de cinema in Oostende, de stad waar de film zich afspeelt. Vreemd dat iedereen in de zaal voortdurend zat te gieren, terwijl het eigenlijk behoorlijk choquerend was. Achteraf wel nog een halve week gelachen met de uitspraak ‘Joen moeder, k’peinzen da da een ète is.’k Zoen ekki willn schieten tussen eur tetten, in eur mule.’

* Stel, je krijgt een culturele praatshow. Wie komt er langs?

Alleszins al Wim Opbrouck. En Pascale Platel, dat vind ik een fantastische madam. Jacques Brel mag een liedje komen zingen en Amy Winehouse mag komen uitleggen wat ze de laatste tijd allemaal uitspookt.

* Compassie met dat wicht?

Ze maakt goeie muziek, maar op Werchter dit jaar was ze alleszins tot niet veel soeps meer in staat. Peter Gabriel vond ik die dag ook maar niks, dat is muziek voor bompa’s. Arno en Goose waren wél zeer straf. Maar The Chemical Brothers, daar ben ik intussen zelf wat te oud voor, heb ik beseft. Ik kom volgend jaar zeker terug naar Werchter, ik heb de smaak van de festivals weer te pakken. Of misschien ga ik wel naar Dranouter, in een tentje met mijn vrouw en de kinderen.

* Wie staat dan op je ideale affiche?

U2 natuurlijk, want het laatste jaar dat ze op Rock Torhout stonden, mocht ik niet gaan van thuis. Het jaar erop, op mijn eerste festival ooit, headlineden verdorie de Simple Minds. David Gray en Admiral Freebee mogen ook op de affiche. En Natalie Merchant, mijn tienerliefde, mag ook afkomen. Ze mag zelfs blijven slapen bij mij!

‘Wielerjaar 2007’ van Karl Vannieuwkerke & Les Supappes gaat in première op 7 november in Bredene en is daarna te zien in culturele centra in heel Vlaanderen. Info: www.supappes.be

Thijs Demeulemeester

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content