‘Weekend Knack’-lezers (m/v) bombardeerden hem onlangs tot de meest sexy man van Vlaanderen. Maar Gabriel Rios heeft ook échte talenten, zoals ten overvloede mag blijken uit zijn tweede plaat ‘Angelhead’. Op zoek naar de artiest achter de looks, aan de hand van enkele boude uitspraken van collega-muzikanten.

‘Had ik vooraf geweten dat ik een tweede en een derde plaat zou moeten maken, ik was nooit aan de eerste begonnen.’ Chris Martin

‘Het tweedeplaatsyndroom – breek me de mond niet open! Na Ghostboy wilde ik heel snel een tweede plaat opnemen: een paar maanden met Jo (Bogaert, producer; nvdr. ) in de studio, en klaar. Uiteindelijk heb ik er meer dan drie jaar over gedaan, en had ik nóg het gevoel dat ik tijd te kort had. ‘Het zijn maar songs, Gaby’, zei iedereen me. ‘En het is maar een plaat.’ Maar op de een of andere manier voelde dat nooit zo aan. Zo mocht het ook niet aanvoelen, vond ik.’

‘Als ik nu terugdenk aan de opnames, denk ik dat ik vooral bang was om mezelf te ontgoochelen. Maar op dat moment zag ik alleen de druk van buitenaf: de mensen die iets van me verwachtten, de engagementen die ik was aangegaan, de cijfers die ik moest halen om uit de kosten te geraken. Op de duur hoorde ik constant stemmetjes: ‘Wat als Broad Daylight nu eens gewoon een lucky shot was? Wat als ik eigenlijk helemaal geen songs kan schrijven? En wat als dit allemaal niets te betekenen heeft?’ En toen begon het pas echt te malen in mijn hoofd: ‘Natuurlijk was Broad Daylight een toevalstreffer! Natuurlijk kan ik geen songs schrijven. En natuurlijk heeft dit allemaal niets te betekenen. Wie probeer ik in godsnaam iets wijs te maken?’ Ik heb aan opgeven gedacht, ja. Meer dan eens zelfs. Er waren dagen dat ik niet kon zingen van de stress. Dat ik het gevoel had dat al mijn zenuwen opgebruikt waren. Tot ik inzag dat ik – zoals altijd – mijn eigen dwaalspoor geworden was. Toen kon ik er vreemd genoeg weer beter tegen.’

‘Een van de grootste moeilijkheden met muziek maken, is dat je er niet al te diep mag over nadenken. Niet over wat je wil maken, en al helemaal niet over waarom je dat zou willen doen. Als je er even bij stilstaat, is muziek gewoon lucht, hé. Letterlijk: lucht die aan het trillen wordt gebracht. Maar over zulke dingen wil je je hoofd liever niet breken terwijl je een plaat aan het maken bent, geloof me.’

‘Goede songs zijn dagboeken op muziek. Geen wonder dat er zoveel slechte platen worden gemaakt.’ Leonard Cohen

‘Ik heb de songs op Angelhead heel dicht bij mezelf geschreven, veel dichter dan die op Ghostboy. Door alle verwarring en twijfel had ik het gevoel dat ik iets te vertellen had. Voor het eerst in mijn leven, misschien.’

‘Gaat Angelhead over afscheid nemen van de rock-‘n-roll-levensstijl? Over je wilde haren verliezen en volwassen worden? Ik vind het moeilijk om de plaat tot een enkel thema te herleiden, naar mijn gevoel zing ik over heel verschillende dingen. Baby Lone Star, I’m Gonna Die Tonight, The Fall en Stay gaan heel expliciet over de verlokkingen en de gevaren van het nachtleven, dat klopt. En For The Wolves is een verhaal over een jongetje dat verloren loopt in de sneeuw, ook daar hoef ik wellicht geen tekeningetje bij te maken. Maar een nummer als The Boy Outside heeft daar dan weer helemaal niks mee te maken. Dat gaat over iemand die uitgesloten wordt op school en daar later revanche voor neemt.’

‘Als ik al een boodschap in Angelhead wilde stoppen, dan is het: ‘Hoe uitzichtloos de situatie ook lijkt, hoe angstig je ook bent, en hoe diep je ook in de shit zit, alles komt altijd weer goed.’ Alleen probeer ik dat een heel klein beetje minder zelfhulpboekachtig te laten klinken in mijn teksten, met metaforen en dubbele bodems and stuff. (lacht) Nee, zonder ironie: ik had wel degelijk de ambitie om een plaat te maken die meer was dan zomaar een plaat. Ik wilde dat luisteraars zich begrepen zouden voelen, getroost, of toch minder alleen. Hoe pretentieus dat ook mag klinken.’

‘Een van de grootste misverstanden aller tijden is dat muzikanten ‘cool’ zouden moeten zijn. Muziek draait helemaal niet om ‘cool’ zijn, het draait juist om overgave – passie.’ Lou Reed

‘Grappig: die gedachte zit ook heel sterk in een paar van mijn nieuwe nummers. In Common Cold zeg ik tegen iemand – mezelf, waarschijnlijk: ‘Je bent geen koele mens, gedraag je ook niet zo. Wees gewoon je zachte, kwetsbare zelf.’ En The Fall gaat over ‘uit je rol vallen’: jezelf van je eigen troon stoten, en ‘menselijk worden’.

‘Misschien is het wishful thinking, maar ik heb de indruk dat de hele mythe van seks, drugs & rock-‘n-roll zijn beste tijd heeft gehad. Het hoeft niet meer zo nodig decadent en inhoudsloos, het mag precies weer ergens over gaan tegenwoordig.’ Mensen willen geen idolen meer op het podium zien staan, heb ik de indruk. Ze willen weer mensen van vlees en bloed. En dat vind ik ongelooflijk – euh – cool. Ik wil hier niet de grote moralist uithangen, begrijp me niet verkeerd. Ik heb de rock-‘n-rolldroom zélf een tijdlang beleefd, ik ben de laatste om hem anderen te willen ontzeggen. Maar ik vond er mezelf niet in terug. Er kwam een moment dat ik moest inzien: ‘Dit ben ik niet.’

”Ik ben een huisvrouw in het diepst van mijn gedachten’, heb ik een keer bij wijze van boutade over mezelf gezegd. Dat was misschien wat sterk uitgedrukt, maar er zit wel een kern van waarheid in. Ik hoef niet op de rand van de afgrond te balanceren om te voelen dat ik leef. Ik heb dat een tijdlang gedaan, maar ik heb het gevoel dat dat nu definitief achter me ligt. Niemand wil vernietigd worden door zijn eigen rusteloosheid, toch?

‘Elke muzikant is zijn eigen psychiater.’ Serge Gainsbourg

‘De nagel op de kop, zeker voor deze plaat. Als ik ze nu, met de afstand van een paar maanden, herbeluister, heb ik de indruk dat de teksten één lange, ononderbroken gedachtenstroom vormen. A stream of consciousness. In de slotsong Wish zing ik letterlijk: ‘Ik heb alles verteld nu. Ik ben uitgeput en ik ga slapen, en als ik wakker word, zal alles anders zijn.’ Zo voelde het echt aan.’

‘Ik heb Angelhead echt met mijn rug tegen de muur geschreven. Wat ik ook probeerde om de confrontatie met mezelf uit de weg te gaan: het hielp allemaal niet meer. Tot iemand me zei: ‘Misschien probeert het leven je iets duidelijk te maken. En misschien moet je daar maar even naar luisteren.’ Een van de moeilijkste dingen die ik ooit heb moeten doen, maar ik had écht geen andere keuze. Ik moest me aan mezelf overgeven, ik kon geen kant meer op.’

Life will get you wherever you are: dat heb ik van deze plaat geleerd. Je mag proberen wat je wil – uitgaan, drinken, drugs nemen – er komt een moment dat je je niet meer kan verstoppen. Maar als je je daaraan durft overgeven, zit daar een ongelooflijke beloning in. Gemoedsrust. En als je muzikant bent: inspiratie voor minstens zeven platen.’ (lacht)

‘Muziek maken is als kakken, dat gaat niet op commando in een studio. Een toilet boek je ook niet tussen halfvijf en kwart voor zeven.’ Damien Rice

‘Ik ben vergeten wie het was, maar een of andere beroemde muzikant omschreef songs schrijven ooit als ‘mist vangen in een kamer’. ‘Het enige wat je kan doen, is de ramen en deuren openzetten, en op tijd weer dicht doen’, zei hij. En zo is het ook echt. Je kan niets forceren. Hoe harder je probeert en hoe meer je je best doet, hoe minder het lukt.’

‘Ik heb soms de indruk dat mijn songs geen songs zijn, maar obsessies. Aan de meeste werk ik geen dagen maar weken, en in sommige gevallen vind ik het zelfs na maanden of jaren nog moeilijk om ze los te laten. Baby Lone Star was een van die meerjarenprojecten: dat begon ten tijde van Ghostboy als een piepklein kampvuurnummertje, maar werd na drie jaar prutsen en knoeien een heel gladde hiphopsong. Mighty Be One is daar een nog veel extremer voorbeeld van: dat onderging zoveel sadistische experimenten dat het een soort Frankenstein werd, een song met honderddrieënzeventig verschillende ledematen, waar allerlei vieze dingen op begonnen te groeien. Normaal gooi je zulke songs weg, maar dat kan ik om de een of andere reden niet. En dus zette ik Mighty Be One ten einde raad gewoon op de plaat, omdat het de enige manier was om er vanaf te geraken. In zekere zin is het ook een reminder: ‘Songs zijn als mensen. Als je er te veel mee knoeit, worden ze boos.’ (lacht)

‘Het moeilijkste aan songs schrijven – en aan leven in het algemeen – vind ik: aanvaarden dat je weinig of niets onder controle hebt. Het is zoals John Lennon ooit zei: ‘Life is what happens to you while you’re making other plans. ”

‘Een mens is nooit te oud om een gelukkige kindertijd te beleven.’ Jacques Brel

‘Ik heb wel eens gehoord dat ik kinderliedjes with a twist maak. En voor nummers als Broad Daylight, The Boy Outside en Angelhead gaat dat zeker op. Ik werk graag met geluiden die me aan mijn kindertijd herinneren. Daniel Elfmanbelletjes, mensen die fluiten of in hun handen klappen en – ik kan er zelf ook niet aan doen – falsetstemmetjes en foute eighties-synthesizers. ‘What’s the matter with you?’, vroeg Jo (Bogaert) een keer toen we elkaar pas kenden. ‘Hoe komt het toch dat jij in zowat elk nummer een kitscherig synthesizerarrangement probeert te stoppen?’ ‘Da’s mijn guiltiest pleasure, zei ik. Zulke synthesizers doen me aan mijn kindertijd denken. Aan Cindy Lauper, Phil Collins en Gloria Estefan.’ In Europa had je zoiets als juiste eighties-groepen, zoals New Order en Depeche Mode. Maar in Puerto Rico was het fout-fouter-foutst. Jo heeft me al heel vaak uitgelachen met mijn synthesizerfixatie, en me ook al voor veel rampen behoed. Maar af en toe moeten foute synthesizerarrangementen gewoon mogen, vind ik. Héél af en toe toch.’

‘Ondanks Phil Collins en Gloria Estefan heb ik een warme en idyllische kindertijd gehad. Een kindertijd volgens de boekjes, met liefhebbende ouders die piano speelden en zongen en elke avond een verhaaltje vertelden voor het slapengaan. En ook daarvan sijpelen er nog altijd dingen door in mijn songs. Voor de tekst van Angelhead vertrok ik van een kinderrijmpje: ‘ Goodnight, and everything will be allright.Las Calaveras – ‘De Geraamten’, een van de weinige Spaanse teksten op de plaat – is losjes gebaseerd op een oud Puerto Ricaans kinderliedje. En in Stay begon ik tot mijn eigen verbazing over ‘fluffy animals’ te zingen: van die typische wollen beestjes uit de Nintendospelletjes waar ik vroeger mee speelde.’

‘Zoals alle volwassenen ben ik gewoon een kind op leeftijd, zeker?’

‘Soms heb ik het gevoel dat het beroep van muzikant speciaal voor mij uitgevonden werd. Iemand als ik op de arbeidsmarkt: je mag er niet aan denken.’ Morrissey

‘Volgens mijn vader was het al heel snel duidelijk dat ik muzikant zou worden, al toen ik nog een kleuter was. Mijn kleurpotloden en stiften gebruikte ik vooral om mee te drummen, niet om mee te tekenen. Ik wou overal geluid mee maken. En het eerste cadeautje dat ik zélf ooit vroeg voor mijn verjaardag, was een gitaar. Om de een of andere reden heb ik daarvoor jarenlang héél intensief moeten zeuren. Maar vanaf mijn zesde klom ik wel al geregeld op de kast, om te gaan voelen aan een oude gitaar die m’n vader daar bewaarde. Toen ik op mijn tiende eindelijk mijn eigen gitaar had, was het eerste wat ik deed twee keer op elke snaar tokkelen – ‘mi-mi la-la re-re sol-sol si-si mi-mi’. ‘ Dit is mijn eerste compositie’, zei ik tegen mijn vader. Blijkbaar had ik al een ego nog voor ik een akkoord kon spelen.’ (lacht)

‘Ik blijf het wel een bizarre job vinden: muziek maken. Omdat het niet veel meer inhoudt dan lucht doen trillen, zoals ik daarnet al zei. En omdat het niet echt iets wezenlijks bijdraagt tot de wereld of de mensheid. Maar aan de andere kant kan je mensen met maar weinig dingen zo diep raken.’

‘Veel mensen hebben wel een verkeerde indruk van het muzikantenleven. Ze zien de optredens, de aandacht, de feestjes, de rock-‘n-rollbullshit… Maar ze vergeten dat dat maar het topje van de ijsberg is, en dat er ook een hele hoop praktische toestanden bij komt kijken. Je runt als muzikant al gauw een klein bedrijfje, hé. En je werkt vaak met hele of halve vrienden, wat de dingen er niet altijd evidenter op maakt. ’t Is echt een heel vreemde business.’

‘Het moeilijkste aan roem is: er niét in geloven.’ David Bowie

‘Bij mij is dat net omgekeerd. Ik vind het net moeilijk om wél te geloven dat het iets voorstelt. Maar wellicht komt dat omdat ik in België woon. Hier denken dat bekendheid iets betekent, heeft iets redelijk tragisch, nee? ‘Big in Belgium’ wil in de rest van de wereld zoveel zeggen als: ‘volstrekt onbelangrijk’. Al houdt dat sommige mensen hier niet tegen om geweldig naast hun schoenen te lopen, dat klopt.’

‘Af en toe mag ik heel even ondervinden hoe het moet voelen om wereldberoemd te zijn in Vlaanderen. Als ik door de lezeressen van Weekend Knack tot ‘Meest Sexy Man’ gebombardeerd word, bijvoorbeeld, wat al bij al heel erg flatterend is. Of als journalisten naar mijn privéleven beginnen te vissen, en vragen ‘of het klopt van Delfine’ (ex-model en actrice Delfine Bafort is al enige tijd Rios’ lief; nvdr).‘ ‘Ze heet inderdaad Delfine’, antwoord ik dan. ‘Maar verder heb ik daar niks over te vertellen.’ En meestal wordt er dan niet verder aangedrongen. Zeg nu zelf: als dat de tol is van de roem – een verkiezing tot Meest Sexy Man, en af en toe een voorzichtige vraag over je lief – mag je écht niet klagen, hé?’ (lacht)

‘Met Ghostboy heb ik in Nederland, Duitsland en Frankrijk getoerd, met Angelhead zou ik graag verder geraken. Zuid-Europa en het Oostblok, en heel misschien Latijns-Amerika, hoewel ze het daar soms wat moeilijk hebben met mijn mix van latin en elektronica. Ik hoor van te veel muzikanten hoe deprimerend het is om hier eindeloos dezelfde toertjes te draaien. Dat wil ik met alle geweld vermijden, hoe moeilijk dat ook wordt.’

Door Wouter Van Driessche

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content