BORGEN VOOR GEVORDERDEN – In zijn kloeke debuutroman Het zevende kind mixt de Deense journalist Erik Valeur ongewenste zwangerschappen, adoptie, politiek, filosofie, moord en doodslag tot een onweerstaanbare cocktail.

Erik Valeur, Cargo (originele titel: Det syvende barn), 720 blz., ?24,90.

De eerste twee jaar van zijn leven bracht Erik Valeur door in een weeshuis in Skodsborg, ten noorden van Kopenhagen. Het kindertehuis was gevestigd in een ruime, chique villa met zicht op zee en werd gerund door Moederhulp, een organisatie die adoptieouders met wezen en ‘ongewenste kinderen’ in contact bracht. De rest van zijn jeugd, en later als volwassene, bleef Valeur contact houden met zijn surrogaatmoeders, de ‘juffrouwen’ van het weeshuis. Valeurs weeshuis vormt het stevige fundament voor zijn monumentale debuutroman Het zevende kind, waarmee hij in Denemarken de bestsellerlijsten bestormde en alle belangrijke literaire prijzen won, inclusief die voor het beste spannende boek. Zeer terecht, want als er één roman is die het écht verdient ‘literaire thriller’ genoemd te worden, dan wel deze klepper.

13 mei 1961. Precies op de dag dat kindertehuis Kongslund in Skodsborg 25 jaar bestaat, treft een kinderverzorgster op de stoep een pasgeboren vondeling aan in een blauw reiswiegje. Net als alle andere wezen en vondelingen van Kongslund wordt ook hij met veel liefde opgenomen. Met nog zes andere baby’s slaapt hij de eerste maanden in de Olifantjeskamer van het tehuis. Het duurt niet lang voor die kindjes bijna allemaal geadopteerd worden. Alleen de misvormde Marie wordt door niemand opgehaald, waarna de directrice zich over haar ontfermt en haar pleegmoeder wordt.

Mei 2008. Aan de vooravond van het zestigjarige jubileum van de directrice van Kongslund ontvangt Orla Berntsen, kabinetschef van de minister van Nationale Zaken, een anonieme omslag met onder andere een foto uit 1961 van de zeven baby’s in de Olifantjeskamer. Een omslag met exact dezelfde inhoud belandt op het bureau van de ooit beloftevolle journalist Knud Tåsing. Tåsing raakt geïntrigeerd en na wat spitwerk vermoedt hij dat Kongslund in de jaren zestig dienstdeed als opvangtehuis voor de ‘bastaardjes van de voornaamste hoogwaardigheidsbekleders van het Rijk’. De anonieme brief zorgt alleszins voor angst bij de minister van Nationale Zaken: een voormalige politiecommissaris krijgt van hem carte blanche om de afzender op te sporen.

Het zevende kind is zoveel meer dan alleen een briljant geschreven pageturner. Het is gedeeltelijk een autobiografische roman, waarbij Valeur voor de intrigerende figuur van Orla vooral uit zijn eigen levenservaringen put. Het is ook een filosofische roman, waarin Valeur toeval met voorbestemming laat botsen en de vloer aanveegt met al degenen die geloven in het Lot dat ‘ingenieus aan de touwtjes trekt’. Last but not least is het ook een politieke roman, waarin Valeur op subtiele wijze een bijzonder akelig beeld schetst van het Deense politieke klimaat na 2001, toen het land geregeerd werd met gedoogsteun van de rechts-populistische Volkspartij. Bij Valeur is er geen plaats voor die lieflijke mevrouw Birgitte Nyborg, maar zaagt de griezelige minister van Nationale Zaken ijverig de poten onder het sterfbed van de terminale premier weg. Het zevende kind is Borgen voor gevorderden.

JAN STEVENS

SLEUTELZIN Hoe ik aan de nieuwe en tot nog toe onbekende informatie over de zaak die bekend werd als de Kongslund-affaire ben gekomen, moet een geheim blijven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content