Plastische chirurgie op Offscreen Filmfestival

Offscreen Filmfestival sloot zijn vierde editie af met enkele (merk)waardige klassiekers over gezichtstransplantaties. Voor u besproken: de Japanse new wave ‘The Face of Another’ en John Frankenheimer’s paranoiathriller ‘Seconds’.

Na intergalactische scifi, ‘acid westerns’ van Monte Hellman en kungfufilms van de Shaw Brothers, programmeerde het Offscreen Filmfestival in zijn slotweekend nog een kwartet Face Off-films (lees: films over gezichtstransplantaties en identiteitswissels). Zoals ‘The Face of Another’, een aangrijpende psychologische sciencefictionfilm van Japanse makelij, en ‘Seconds’, een meesterlijke paranoiathriller van John Frankenheimer die tevens de slotfilm was van deze Offscreen-editie.

‘The Face of Another’, 1966 (***)

‘Yojimbo’-acteur Tatsuya Nakadi kruipt in de huid van een man die na een industriële brand met ernstige brandwonden kampt in het gezicht. Met de hulp van zijn therapeut ondergaat hij een totale gezichtsmetamorfose in de vorm van plastische chirurgie. Telkens wanneer hij zijn nieuwe ‘masker’ draagt, begint ook zijn persoonlijkheid en zijn gedrag mee te veranderen.

Na ‘Woman in the Dunes’ is dit het laatste deel van een trilogie die gebaseerd is op de romans van avant-gardeschrijfster Kobo Abe. Tegelijk merk je de invloeden van ‘Frankenstein’ en de Franse horrorfilm ‘Les Yeux sans Visage’ van Georges Franju. Regisseur Hiroshi Teshigahara dissecteert thema’s als identiteit en individualiteit met de vakkundige precisie van een plastische chirurg. Hij focust even sterk op de verleiding en de macht van een nieuwe identiteit, als op de psychologische en filosofische complicaties die gepaard gaan met totale anonimiteit.

Teshigahara’s neus voor expressionistische beeldtaal komt tot uiting in de onorthodoxe cinematografie vol koortsige zooms, die afgewisseld worden met collages van ‘stille’ beelden en een reeks surrrealistische taferelen, zoals de finale waarin de protagonist en zijn therapeut omringd worden door een horde ‘gezichtsloze’ mensen. Een niet te versmaden staaltje Japanse new wave-cinema dat absoluut het (her)ontdekken waard is.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

‘Seconds’, 1966 (***)

Bankier Arthur Hamilton, die samen met zijn vrouw een routinebestaan leidt in de suburbs van de Verenigde Staten, kampt met een ernstige midlifecrisis. Hij neemt zijn toevlucht tot ‘The Company’, een enigmatisch bedrijf dat bevolkt wordt door een bende sinistere typetjes. Na enkele chirurgische ingrepen krijgt hij een volledig nieuw gezicht aangemeten, wordt zijn eigen dood in scène gezet, en neemt hij de identiteit aan van de succesvolle schilder Tony Wilson (vertolkt door de toenmalige Hollywood leading man Rock Hudson). Die nestelt zich in een luxueus buitenverblijf in Malibu, woont cocktailparties bij en laat zich voortdurend omringen door vrouwelijk schoon. Maar wanneer ‘The Company’ zijn ware gelaat laat zien, krijgt Hamilton’s ogenschijnlijk ideale luxeleventje de allures van een Faustiaanse nachtmerrie.

Voor deze ambitieuze en intelligente neonoir uit 1966, die gruwelijk flopte aan de kassa, wist regisseur John Frankenheimer (‘The Manchurian Candidate’) niemand minder dan creditmeeser Saul Bass te strikken voor de indrukwekkende openingsscène, alsook componist Jerry Goldsmith voor de onheilspellende score. Het camerawerk is van de hand van cinematograaf James Wong Howe (‘Sweet Smell of Succes’), die met nerveuze close-ups en optisch verwrongen camerastandpunten een sfeer van verstikkende waanzin en ver doorgedreven paranoia creëert. Hallucinant hoogtepunt is de haast psychedelische droomscène waarin de nog ongehavende Arthur Hamilton gedrogeerd wordt door ‘The Company’ en droomt dat hij een jonge vrouw molesteert in een bizarre hotelkamer.

Met zijn zwartgallige en deprimerende ondertoon kreeg de film bij de release een PG-13 certificaat. Toch valt er in deze superbe thriller ook heel wat te lachen. Zo geeft Rock Hudson één van de meest amusante vertolkingen uit zijn carrière als de hedonistische Tony Wilson (een rol die oorspronkelijk was weggelegd voor Kirk Douglas). Ook Jeff Corey als ‘salesman from hell’, die op pittige wijze uiteenzet hoe Hamilton een getalenteerde schilder zal worden, steelt de show in iedere scène waarin hij voorkomt. Dit vergeten meesterwerk van moderne terreur vormde de perfecte merkwaardige afsluiter van het afgelopen Offscreen Filmfestival.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Andreas Ilegems

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content