Mixed Kebab: Vlaams-Turkse hutsepot van Guy Lee Thys

Een pareltje à la ‘Brokeback Mountain’ is het crosscultureel gay drama ‘Mixed Kebab’ niet geworden. Toch zal de nieuwe film van Guy Lee Thys heel wat stof doen opwaaien.

Een gay drama met een homofoob Turks gezin en jongeren recruterende moslimfundamentalisten: Guy Lee Thys maakt het zich niet meteen gemakkelijk met Mixed Kebab, na De potloodmoorden (1982), Cruel Horizon (’89), Kassablanka (’02) en Suspect (’05) de vijfde langspeelfilm van de Antwerpse cineast. Interraciaal drama Kassablanka maakte destijds al felle reacties los in de allochtone gemeenschap, en datzelfde lot wacht mogelijk ook Mixed Kebab als de film eind februari in de zalen verschijnt.

Vlaams-Turkse cast
Kassablanka behandelde de ontluikende tienerliefde tussen een Vlaamse jongen en een Marokkaans meisje, en zodoende de tegenstellingen (of gelijkenissen) tussen een extreem-rechtse Vlaamse familie en een moslimfundamentalistisch Marrokaans gezin. Ook in Mixed Kebab lopen de spanningen tussen verschillende gemeenschappen hoog op, al staat deze keer de interrraciale relatie tussen een Antwerpse Turk en een autochtone homo centraal.

Ibrahim (Cem Akkanat in zijn eerste hoofdrol op het witte doek) is 27 en verbergt nog steeds zijn homoseksualiteit voor zijn conservatieve familie. Kevin (Simon Van Buyten, idem) van zijn kant is 19 en werkt in het populaire, wat knullig geënsceneerde eetcafé van zijn moeder Marina (Karlijn Sileghem). Hij zal Ibrahim vergezellen als die in Turkije zijn “gearrangeerde” bruid gaat bezoeken – een reis met voorspelbare gevolgen.

Voor het zover is, maakt de kijker ook kennis met Furkan (Lukas De Wolf), de jongere broer van Ibrahim en een spijbelend straatboefje dat al gauw in de handen valt van Antwerpse moslimfundamentalisten. Daarnaast is er Elif (Gamze Tazim), de Turkse bruid die in haar thuisland louter als lustobject behandeld wordt en droomt van een beter leven in België.

Onevenwichtig

De deels in Antwerpen, deels in Turkije gedraaide raamvertelling vormt tegelijk een pluspunt én de zwakke plek van Mixed Kebab. Zo houdt het heen en weer gereis er de vaart in, terwijl dertig verschillende nationaliteiten, zeven talen en de setdecoratie ook een kleurrijke prent opleveren.

Toch neemt Guy Lee Thys heel wat hooi op zijn vork met dit zelfgeschreven scenario. Dat niet alle thema’s even goed uit de verf komen, tot daar aan toe. De weinig subtiele portrettering van de achterkamertjes van een moskee, inclusief op boosaardige intenties wijzigende belichting, het zij zo.

Erger is dat nevenpersonages als Ibrahims familieleden of Elif meer begrip en emotie opwekken dan de geliefden op de affiche: oppervlakkig geschetste figuren die zich liefst niet te veel vragen stellen. Zo kiest Ibrahim wel heel vlotjes voor een gedwongen huwelijk, terwijl Guy Lee Thys ook amper stilstaat bij diens zelfhaat – “kerels als jij neem ik in de kont”, zegt Ibrahim als het tot een handgemeen met zijn baas komt. Kevin maakt dan weer geen punt van een verplicht toneelnummertje of de afwijzing door zijn allochtone schoonfamilie.

Zelfs van een echte romance of seksuele spanning is nauwelijks sprake tussen de hoofdpersonages. Als Ibrahim en Kevin na een uur film eindelijk hun schroom laten varen in een Turkse hammam, zou u de heren haast zelf van hun zedige handdoekjes willen ontdoen. Geen probleem dat mannen hun tijd nemen, maar om geloofwaardig te zijn, had ook die keuze van de hoofdpersonages meer uitdieping kunnen gebruiken.

Vooringenomenheid

Aan actualiteitswaarde ontbreekt het Mixed Kebab alvast niet. Homofobe incidenten werden de voorbije maanden herhaaldelijk in verband gebracht met de allochtone gemeenschap, niet in het minst door holebi’s zelf. “Het is bijna lachwekkend dat veertig, vijftig jaar na de seksuele revolutie homo’s nog bang moeten zijn om uit de kast te komen of openlijk gay te zijn”, zegt Thys in de persmap van de film.

Vooringenomenheid kan de regisseur deze keer moeilijk verweten worden: Mixed Kebab heeft oog voor de verschillende levensstijlen en opvattingen die ook allochtone gezinnen kenmerken (de beste scènes betreffen trouwens de betrokken Turkse familie), terwijl ook blanke Belgen zich in de film schuldig maken aan homofobie en straatcriminaliteit. Akkanat en Van Buyten, naar eigen zeggen allebei hetero in het echte leven, vermijden in hun vertolkingen trouwens slappe handjes en andere clichés.

Onverdienstelijk is Mixed Kebab dan ook niet. De vergelijking met gay klassiekers als Beautiful Thing (1996) of Il Bagno Turco (1997) kan de film echter niet doorstaan: sociale drama’s waarin een lichtvoetigere aanpak en meer aandacht voor de psychologie van de personages de mayonnaise écht doen pakken.

Wim Denolf

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content