‘Hope’, slotstuk van imposant ‘Paradise’-trilogie

De Oostenrijkse regisseur Ulrich Seidl sluit zijn Paradise-trilogie af met een bitterzoet filmpje over een dik tienermeisje en haar veertig jaar oudere lover.

Paradise: Hope **** Ulrich Seidl met Melanie Lenz, Verena Lehbauer, Joseph Lorenz

In het eerste deel Love trok de Oostenrijkse zedenmeester Ulrich Seidl op seksvakantie naar Kenia in het kielzog van vadsige, blanke sugar mamas. In opvolger Faith nagelde hij religie met diabolische grijns aan het kruis. En dus was het uitkijken naar Hope, het slotstuk van zijn imposante Paradise-trilogie. Deze keer is de hoofdfiguur Melanie, een dik meisje van dertien dat op dieetkamp voor een 55-jarige dokter valt.

Wie met zo’n pitch een nietsontziende shocker of een pedofiele uppercut verwacht, komt – gelukkig! – bedrogen uit. Seidl houdt het, ondanks zijn obese tienercast, verrassend licht en luchtig en heeft voor zijn compromisloze doen zelfs bijna een liefelijk, teder filmpje gemaakt, over onbehouwen kalverliefde, razende hormonen, dubieuze dokters en dikkerdjes die aan allerlei gymnastiekrituelen worden onderworpen – kwestie van hun lichaamsgewicht omlaag te krijgen en hun zelfvertrouwen omhoog te krikken.

Bovendien is Seidls strenge maar intens picturale stijl, met statische kaders in scoopformaat en lang aangehouden shots, iets energieker en zijn montage iets kwieker dan gewoonlijk. Daardoor wordt de sfeer nooit zo verstikkend en de vertelling nooit zo repetitief als in zijn vorige uppercuts. Alsof hij zijn minderjarige protagonisten een warmere wereld gunt dan de door religie, uitbuiting en materialisme zot gemaakte kermis die de volwassenen er doorgaans van maken.

Alles samen levert dat een verrassend oncontroversieel maar daarom niet minder origineel en bij vlagen zowaar zelfs aandoenlijk tienerportret op, al toont Seidl zich nog altijd een meester in het verzinnen van (half geïmproviseerde) scènes die tussen grap en gruwel, compassie en sarcasme balanceren en schoonheid onthullen onder de lelijkste omstandigheden. Zo weet je nog steeds niet goed of je nu moet gniffelen of je wegdraaien van gêne wanneer je Melanie en haar vriendinnetje in een sjofele discotheek op pijnlijk onhandige manier verleid ziet worden door twee hitsige tienerknullen. Of wanneer de dokter haar op de grond besnuffelt, duidelijk helemaal van zijn à propos gebracht door de verboden affectie die de ontluikende tiener voor hem toont.

‘If you’re happy and you know it, clap your fat!’ zingen de kids in koor, waarbij je Seidl op de achtergrond haast welgemutst hoort meeneuriën. Of hoe een vlijmscherpe trilogie over onze uitgewoonde, westerse burgercultuur en de zelfdestructieve zoektocht naar paradijselijk geluk alsnog eindigt op een humanistische en hoopvolle noot.

Dave Mestdach

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content