Op kamp met Das Mag: ‘We zijn niet op zoek naar de nieuwe Lize Spit’

Jorik Leemans
Jorik Leemans Freelancejournalist

Onder begeleiding van bekende auteurs en professionele redacteurs werken twintig uitverkoren jongeren een kortverhaal uit tijdens het zomerkamp van uitgeverij Das Mag. We keken een dag in de hersenpan van de beloftevolle jonge schrijvers. ‘Vastzitten met je verhaal is het leukste, want dan kan je het probleem oplossen.’

Met een vijftal vloekende vissers vertoont de camping aan de andere kant van de beek opvallend meer leven dan de hoeve in het Luikse Sippenaeken waar de Nederlandse uitgeverij Das Mag tien dagen lang haar zomerkamp heeft opgezet.

Het is zondagochtend en dat is te merken. Slechts drie deelnemers van het schrijfkamp zijn al wakker. Een meisje overleest met slaperige ogen de tekst waaraan ze ondertussen vijf dagen aan het schaven is. Een jongen staat dromerig te neuriën op het terras met zijn gezicht gericht naar de ochtendzon. Een voor een komen de deelnemers de tuin ingelopen nadat ze nog snel even hun laptop hebben opengeklapt. Begeleiders in jogging en op slippers schenken een tas koffie in. De ontbijttafel raakt beetje bij beetje gevuld.

De tips die wij hier meegeven, zijn niet De Waarheid over literatuur.

Toine Donk, medeoprichter Das Mag

Tien dagen lang begeleiden de redacteurs en uitgevers van Das Mag twintig jonge schrijvers bij het maken van een kortverhaal. Op basis van het verhaal dat ze inzonden en een kort gesprek achteraf, selecteerde de uitgeverij uit honderd inzendingen een mix van Vlaamse en Nederlandse jongeren.

Naast workshops van bekende schrijvers als Lize Spit, Joost de Vries en Ellen Deckwitz hebben de deelnemers elke dag een begeleidend gesprek met een redacteur of uitgever waarbij ze feedback krijgen op hun verhaal. Dinsdagavond lezen ze hun creaties voor tijdens een bonte avond.

‘Heel veel jonge mensen die met schrijven bezig zijn, doen dat meestal alleen’, vertelt Toine Donk, medeoprichter en uitgever van Das Mag. ‘We horen elk jaar dat de deelnemers het te gek vinden om omringd te zijn door mensen die op een professioneel niveau met schrijven bezig zijn.’ Het is ondertussen het vierde jaar dat de uitgeverij het zomerkamp organiseert. Met succes, zo bewees deelneemster uit 2014 Lize Spit vorig jaar met haar debuutroman Het smelt.

Op kamp met Das Mag: 'We zijn niet op zoek naar de nieuwe Lize Spit'
© Jorik Leemans

‘Elk jaar zie je dat er drie types zijn’, legt Toine uit. ‘Ten eerste heb je mensen die helemaal niet luisteren naar feedback. Dat is doorgaans geen goed teken. Het andere uiterste is ook niet goed: als je naar alles luistert, ben je een windhaan. De groep die daartussen zit met een afgewogen besluit, zijn meestal de mensen die het langst doorgaan met schrijven. Die gesprekken zijn erop gericht verschillende perspectieven te geven op je verhaal. De keuzes die je daarna maakt, tonen wie jij bent als schrijver. De tips die wij hier meegeven, zijn niet De Waarheid over literatuur, maar de deelnemers krijgen zo wel instrumenten aangereikt om aan hun verhaal te sleutelen.’

Voorbinddildo’s en olijfbomen

Wat de twintig jongeren beter vermijden in hun kortverhalen? Dode huisdieren, dode familieleden, zelfmoord en psychoses. ‘Als je jong bent, zoek je in het enorm grote iets om over te schrijven. Dan denk je dat dergelijke zware thema’s automatisch zorgen voor literatuur met een grote L, terwijl er niets zo moeilijk is als grote gebeurtenissen beschrijven. Je kan beter beginnen met kleine situaties. Ze hoeven daarom zelfs niet alledaags te zijn.’

‘Ik herken het wel hoor: als je jong bent, zie je het groots en wil je de wereld bestormen. Maar dat is vaak iets dat je pas aankunt als je op de korte baan je meters al hebt gemaakt.’

De tips worden nauw gevolgd. Zo werkt de ene deelnemer aan een verhaal over een man die op vakantie een gezelschapsmeisje huurt, maar niet weet wat ermee te doen en de andere over een vader-zoonreis die helemaal anders uitdraait dan verwacht. Verder: de erotische queeste van twee vrouwen die voor het eerst samen een voorbinddildo gebruiken, een man die zijn vrouw verdenkt van overspel omdat ze Jenga wil spelen en een echtgenoot die gaat scheiden, maar door een klein jongetje van gedachten verandert. Das Mag allemaal. (Sorry.)

Verspreid over het terrein krijgen de jonge schrijvers feedback op hun kortverhalen.
Verspreid over het terrein krijgen de jonge schrijvers feedback op hun kortverhalen.© Jorik Leemans

De Vlaamse Marieke Ornelis is met haar achttien lentes de jongste van het zomerkamp. De voorbije dagen werkte ze aan haar kortverhaal over een vrouw die haar overleden echtgenoot probeert te vervangen door een olijfboom. ‘Mijn mama had me een link doorgestuurd van het kamp en gezegd dat het iets voor mij zou zijn. Ik had toen zelfs niet door dat het van Das Mag was, dus ik schrok wel even toen ik dat ontdekte.’ (lacht)

‘Meestal wacht ik tot ik een ingeving heb voor ik aan een verhaal begin, maar dat is hier wel anders. Hier móet je plots schrijven. De feedback van de redacteurs, maar ook van de andere deelnemers, is heel nuttig omdat ze dingen zien in je tekst die je zelf niet ziet. Aan de andere kant vind ik het wel moeilijk om feedback te geven op andere teksten. Maar ook daar leer je veel uit.’

Voor ze aan het kamp begon, maakte Marieke zich zorgen over hoe de groep zich zou vormen. ‘Maar het is hier heel gezellig. We willen natuurlijk allemaal wel hetzelfde, maar ik heb het gevoel dat er voor ons allemaal wel plaats is. De wereld is groot genoeg, toch?’

Writer’s block

Ook de 23-jarige Emma Stomp vreesde voor een onderlinge competitiedrang toen ze aan het kamp begon, maar merkte al snel dat iedereen heel behulpzaam was. ‘We zijn allemaal op een andere manier met schrijven bezig’, verzekert de Nederlandse. ‘Het leek me gewoon heel leuk om op kamp te gaan met mensen die ook graag schrijven. Enkele vrienden van mij zijn vorige jaren mee geweest en kwamen thuis met geweldige verhalen. Toen wilde ik nog liever mee.’

Meestal wacht ik tot ik een ingeving heb voor ik aan een verhaal begin, maar dat is hier wel anders. Hier móet je plots schrijven.

Marieke Ornelis, deelneemster zomerkamp

‘Ik was bang dat ik door de tijdsdruk met een writer’s block zou zitten, maar ik denk dat elke schrijver dat wel heeft. Uiteindelijk valt dat gelukkig goed mee. (lacht) Mijn verhaal staat goed in de steigers. Het geraamte is af, dus nu moet ik enkel nog de puntjes op de i zetten.’

Emma’s blik dwaalt af naar de pingpongtafel. Ze glimlacht. ‘Ik vind het heel grappig: de laatste keer dat ik op kamp ging, was ik veertien jaar. Nu is iedereen volwassen, maar je hebt nog steeds dezelfde sfeer. Er worden allerlei spelletjes gespeeld, je kan pingpongen en er wordt regelmatig gevoetbald.’

Het ontbijt is nog niet gedaan of twee schrijvers kruipen alweer achter hun laptop. Terwijl de corveeploeg de tafel afruimt, haast een jongen zich naar de printer. Uitgever Daniël van der Meer en redacteur Marscha Holman nemen de eerste deelnemers apart voor hun feedback. Al snel zitten er een zestal duo’s verspreid over het terrein, terwijl de rest naarstig verder schrijft. Na een tumultueuze ochtendmaaltijd klinkt het kamp stiller dan ooit.

Redacteur Marscha Holman (links) geeft Marieke feedback op haar kortverhaal.
Redacteur Marscha Holman (links) geeft Marieke feedback op haar kortverhaal.© Jorik Leemans

Weinig slaap

‘Aan het begin zou ik niets meer veranderen’, complimenteert Marscha Marieke. ‘Ik zit wel nog wat vast met het einde’, antwoordt ze. ‘Maar ik heb door de uitstap van gisteren nog geen tijd gehad om eraan te werken.’ Marscha lacht. ‘Je hoeft geen excuses te verzinnen hoor, je komt er wel.’

Erover praten met mensen. Dat is volgens Marscha dé manier om een verhaal te verbeteren. ‘Ik wil daarom niet zeggen dat de gesprekken met ons, de redacteurs, het belangrijkste zijn’, knipoogt ze. ‘Ook spreken met andere deelnemers helpt echt. Nooit zal je op tien dagen zo snel sprongen vooruit maken en banden scheppen als op het zomerkamp. De groep van twee jaar geleden spreekt nog steeds met elkaar af en wisselt regelmatig verhalen uit.’

Het achterliggende idee van dit kamp is niet dat we gratis talenten kunnen plukken.

Marscha Holman, redacteur Das Mag

‘Ik denk dat iedereen in het begin een beetje bang voor elkaar was’, gaat Marscha verder. ‘Dat was vorig jaar minder. Maar dat ging heel snel over en dan wisselde iedereen verhalen uit. Wij zijn natuurlijk ook niet zoveel beschikbaar als ze misschien zouden willen, want na vijf of zes gesprekken op een dag loopt je hoofd over. Op die manier kunnen ze van elkaar leren en dat is heel uniek.’

‘Ik merk dat ze het heel serieus nemen. Er is een groepje dat nog minder slaapt dan de deelnemers van vorig jaar. Daarom is ontspanning ook echt nodig en organiseren we activiteiten zoals een quiz of een spel waarbij ze dan samen kunnen zitten met een biertje. Al houdt die voorraad nog goed stand. Het is eerder de kruidenthee die we al moesten bijkopen.’ (lacht)

Anke puzzelt haar verhaal in elkaar.
Anke puzzelt haar verhaal in elkaar.© Jorik Leemans

Das Mag’s Got Talent

Dat het zomerkamp de ideale gelegenheid is om jonge talentvolle schrijvers op te pikken, ontkent Marscha niet. ‘Het zou zonde zijn om talent te laten liggen. Je hebt ook echt een band met hen en ze kennen onze manier van werken. Soms denk ik bijna: ik wil hen niet bij die andere grote enge uitgeverijen laten aankloppen. Zo breng ik het natuurlijk heel nobel, maar als je ziet dat iemand heel goed is, wil je die uiteraard houden.’

‘Het achterliggende idee is niet dat we gratis talenten kunnen plukken. Nu ja, gratis. We investeren heel veel energie in dit kamp, maar het past wel bij waar we voor staan als uitgeverij die houdt van jonge mensen en belang hecht aan een groepsgevoel. Je creëert een achterban.’

‘Wij zijn heus niet op zoek naar “de nieuwe Lize Spit”‘, bevestigt Toine. ‘Dan zouden we het kamp wel anders ingericht hebben, bijvoorbeeld als een afvalrace met jureringen. Das Mag Got’s Talent. Dat hebben we bewust niet gedaan. Als je kijkt naar dergelijke programma’s, zie je dat dat niet werkt. De sterren die daaruit voortkomen zijn doorgaans eendagsvliegen.’

Er zijn twee redenen waarom Das Mag dit zomerkamp organiseert, verklaart de uitgever. ‘Enerzijds omdat we het natuurlijk interessant vinden om talenten te begeleiden en te kijken of we hen verder kunnen helpen. Er komen heus niet elk jaar twintig schitterende debuten uit, maar je hebt altijd een paar uitschieters. De andere reden is de ervaring op zich. Je hebt het sociale element dat we ook echt aanmoedigen en voor de rest is het een week met weinig slaap en veel indrukken. De deelnemers ontmoeten mensen tegen wie ze heel erg opkijken, soms zelfs hun favoriete schrijver. Het is daarom een emotioneel onstabiele week. En dat is heel tof, want dat maakt indruk.’

Het is bewust geen afvalrace. Als je kijkt naar dergelijke programma’s, zie je dat dat toch niet werkt.

Toine Donk

Puzzelen

‘My loneliness is killing me and IIIIIIIIIII / I must confess I still believe, still belieeeeeve.’

Voor het eerst vandaag lijken enkele jongens en meisjes in de keuken de heersende stilte op het schrijverskamp te willen doorbreken door luidkeels mee te brullen op Britney SpearsBaby One More Time. In de woonkamer wordt er ondertussen echter hard gevloekt. ‘Fuck my life.’ Een schaar wordt bovengehaald. ‘Ik moet de volgorde omgooien, maar ik zie het niet meer op mijn laptop’, zucht de 23-jarige Anke Verschueren terwijl ze haar kortverhaal in stukken knipt. Ze begint verwoed te puzzelen.

‘Soms ben je gewoon je eigen verhaal en personages zo beu omdat je het niet meer ziet,’ glimlacht ze enkele minuten later. ‘Maar als iemand anders met een nieuwe blik kijkt, is het heel tof om een nieuwe ideeën te krijgen. Het is een unieke ervaring om meteen na het schrijven reactie te krijgen van redacteurs, uitgevers en schrijvers. Maar soms spreken ze elkaar zo hard tegen, dat je zelf moet beslissen wat je ermee doet. Dat is moeilijk.’ Ze staart naar de stroken papier aan haar voeten. ‘En ja, dan moet je beginnen puzzelen, hé. (lacht) De feedback geeft je een adrenalinestoot. Eigenlijk is vastzitten het leukste, want dan kan je het probleem oplossen.’

De jongeren krijgen een workshop van Das Mag-medeoprichter Daniël van der Meer.
De jongeren krijgen een workshop van Das Mag-medeoprichter Daniël van der Meer.© Jorik Leemans

Het is drie uur. De groep wordt bijeengeroepen voor een workshop van Daniël over het kortverhaal, redactiewerk en de eventuele zoektocht naar een uitgever. ‘Vergeet niet dat alles begint bij een goede begeleidende brief. Je manuscript kan geweldig zijn, als je brief dat niet is, stopt het meestal daar al.’

Hij wordt abrupt onderbroken. ‘Mevrouw Didain, de kleine wacht op u bij de receptie’, roept een vrouw met een vet Frans accent om vanop de camping aan de overkant, tot groot jolijt van de twintig jonge schrijvers. Daniël gaat lachend verder. ‘Eg geloof me: de meeste moeite die een uitgeverij voor je gaat doen, is vóór je een contract getekend hebt. Ik weet dat het cynisch klinkt, maar het is wel zo.’ Twintig pennen krassen vlijtig in een notitieboekje. Vingers gaan de lucht in.

Na de workshop verzamelen de jongeren zich voor de televisie. Het oranje vrouwenelftal speelt de EK-finale tegen Denemarken. Samen supporteren de beloftevolle aspirant-schrijvers Nederland naar de overwinning. Want ook dat is het zomerkamp van Das Mag. Voor ze gaan slapen wacht hen nog een gezamenlijk potje Weerwolven van Wakkerdam met een pintje in de hand. Of een kopje kruidenthee.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content